Categoriearchief: Algemene Ontwikkeling

Over algemene levensbeschouwelijke zaken

Expertise versus onwetendheid

In de jaren ’90 van de afgelopen eeuw sprak ik een professor van Imperial College in London. Hij hield een gloedvol betoog over een nieuwe tweedeling in de maatschappij die tot grote veranderingen zou leiden, inclusief gewelddadigheden en onlusten (troubles). Hij sprak over de ‘knows’, de mensen die weten hoe de vork in de steel zit en de veel grotere massa, die volkomen onwetend blijft, bewust of onbewust: de ‘no-knows’. In zijn betoog liet hij duidelijk weten dat wij – studenten en jonge ondernemers – natuurlijk moesten zorgen bij de ‘knows’ te horen. Maar hij sprak ook zijn oprechte zorgen uit over die enorm grote groep ‘no-knows’. Zijn zorgen betroffen vooral een aantal mensen dat deze grote massa voor eigen belang of gewin zou gaan uitbuiten en opjutten tegen die deftige ‘knows’. Die laatsten vertegenwoordigen wel onze experts, onze deskundigen, onze vakmensen, onze professionals, maar die grote massa van ‘no-knows’ luistert graag naar andere betitelingen: betweters, zakkenvullers, uitbuiters, onbetrouwbare politici, enfin, vul zelf maar in. Je hoort alom de vraag: “Wie wil in deze tijd nog politica of politicus zijn?”

Stel dat u onlangs van de trap bent gevallen. Uw linkerhand voelt pijnlijk. Opgezwollen alsof er ruimhartig botox in werd gespoten. De vingers helemaal stijf. Overweegt u om naar de huisarts te gaan? Ik vermoed van wel. Die vreest dat een of meer van uw middenhandsbeentjes zijn gekneusd, wellicht zelf gebroken. Zij verwijst u door naar een specialist in het plaatselijke ziekenhuis. Ik wed dat u daar inderdaad naar toegaat, toch? Ook zij vermoedt dat er sprake is van breuk gezien de akelige geluiden die u voortbrengt als zij aan uw vingers trekt. Zij schakelt een radioloog in die na bestudering van de röntgenfoto tot de vervelende conclusie komt dat er inderdaad twee middenhandsbeentjes zijn gebroken. Gelooft u haar? Denk het wel!  Een kleine operatieve ingreep volgt, een gipsverband en uw hand kan twee weken niet worden gebruikt. Daar gaat uw vrijheid, uw bewegingsvrijheid. Tja, was dan maar niet van die trap gevallen. Maar u doet wel wat deze ‘weters’ u vertellen – voor uw eigen bestwil, toch?

De Nederlandse econoom Marike Stellinga schreef onlangs in haar wekelijkse NRC-column: “Kunnen dokters precies voorspellen? Nee. Hechten we waarde aan hun inschattingen? Ja. Waarom? Omdat zij er wat vanaf weten. Zijn ze onfeilbaar? Nee. Kunnen ze het mis hebben? Zijn ze soms te stellig? Ja. Maar is het bij een beslissing met medische gevolgen fijn om te weten wat zij vinden? Absoluut.” En zo is het maar net. Die zakkenvullende elite hebben we gewoon hard nodig, omdat zij kennis en vaardigheden bezit die wij zelf niet hebben. En met een goede zorgverzekering blijft het nog steeds betaalbaar. En die kennis, die expertise heeft gewoon waarde. Komt dit alleen op dit vermeende hoge – want gestudeerde – niveau voor? Absoluut niet. We kennen vast allemaal het verhaal van die “drie muisklikken” dat ooit in NRC verscheen. Nee? Hier is het verhaal nog eens.

Groot was de schrik toen het ICT-netwerk bij ons plotseling stilviel. Het hele kantoor kon niet meer werken. Meteen onze vaste ICT-specialist gebeld. Deze vakvrouw kwam snel en ging direct achter een computerscherm zitten om te kijken wat er aan de hand was. Aandachtig keek zij op het scherm naar de foutmeldingen. Zij deed vervolgens drie muisklikken en iedereen kon weer werken. “Grandioos!”, riep ik als opgeluchte directeur uit: “Wat krijg je van me?” Factuur voor drie muisklikken“Vijfhonderd euro”, was het prompte antwoord. “Dat is wel heel veel voor een paar minuten werk”, zei ik verontwaardigd. Ik eiste natuurlijk een specificatie. Ter plekke schreef zij een bon en overhandigde deze aan mij zonder blikken of blozen (zie hiernaast).

Dat economen geen glazen bol hebben, maakt hun inschattingen niet waardeloos. Ons wisselvallige Nederlandse weer wordt elk moment van de dag bepaald door talloze factoren die onder directe en vooral dynamische invloed staan van het nabije zeewater. Voorspellingen maken is schier onmogelijk en toch doen onze hoogopgeleide meteorologen van het KNMI hun uiterste best om een goede inschatting te maken. Het meest voor de hand liggende scenario hoeft dan niet altijd precies zo uit te komen. Jammer als een stranddag was ‘beloofd’ en koude zeemist ons terug dreef het ‘warme‘ land in. Zijn die duur betaalde meteorologen daarmee meteen onbetrouwbaar? Voor economen geldt dat eender. Als je goed had geluisterd dan had je kunnen weten dat het om een inschatting gaat met bijbehorend kanspercentage. Wie luistert er tegenwoordig nog?

Zelf vinden wij overal iets van. Onlangs zaten mijn vrouw en ik bij een voorstelling van Lenette van Dongen in de Amsterdamse Kleine Komedie. In een van haar onnavolgbare sketches had zij het over de vinnik!-vrouw. Dat is die vrouw die elke zin eindigt met ‘vinnik!’. Voor de slechthorenden onder ons: “… en dat vind ik!”. Dankzij social media zijn we snel op hoogte van feiten en vooral heel erg veel meningen. Want iedereen vindt wel iets. Misschien flauw, maar mijn moeder zei vroeger altijd: “Wat je vindt, mag je houden”. Oftewel, val me niet lastig met jouw mening, geef me de feiten. De grens tussen meningen en feiten is intussen – juist door die overvloed aan meningen, o ja en feiten – heel erg blurry geworden. Zelfs de traditionele media worstelen daar op dit moment heel erg mee. En Lenette baalde er enorm van.

Een gesprek op basis van ‘vinnik’ wordt zelden een goed gesprek. Mijn expertise kan het zelfs helemaal afleggen tegen jouw onwetendheid. De huisarts vraagt tegenwoordig aan de patiënt die de spreekkamer binnenloopt met de smartphone in de hand: “En wat vind jij dat je volgens Facebook mankeert?”. Die directeur van de drie muisklikken gaat voortaan zelf Google’n om te achterhalen waar hij moet klikken. Dat hij daarmee kostbare tijd verknoeit en dus wellicht meer geld over de balk gooit, lijkt hem niets te doen, want “Ik vind dat wel heel veel geld voor een paar minuten werk!” En die meteorologen met hun zakkenvullende bijbaantjes gooien er ook maar met de pet naar en zorgen dat dit land verzuipt, vinnik! En in Brussel zitten ook van die zogenoemde deskundigen, die ons het leven zuur maken en ons handenvol geld kosten. Nader onderzoek leert overigens vrij eenvoudig dat dit geen feit is, maar een mening, vinnik!

De tweedeling in het Verenigd Koninkrijk na het Brexit referendum is enig in de zin van uniek. Veel Britse jongeren maken zich terecht zorgen om hun toekomst die door veel ouderen “kalt gestellt” lijkt te zijn. 51,9 procent voor verlaten van de EU; 48,1% procent tegen het verlaten van de EU. Dat noem ik een heuse tweedeling. Dat was vroeger goed voor een burgeroorlog. Voor mij betekent dit tegenwoordig: ga de dialoog met elkaar aan. Luister naar elkaar, leer van elkaar, begrijp elkaar en hoogstwaarschijnlijk komen jullie samen tot een veel beter besluit dan ‘blijven’ óf ‘vertrekken’. Alsof er geen andere mogelijkheden zijn. Overigens geldt hetzelfde voor alle overige 27 landen en voor het samenwerkingsverband EU dat beslist en zeker – mijn mening – als vredesproject moet worden voortgezet. Ja hallo, een vredesproject was het en is het nog steeds als je goed naar alle emoties en meningen luistert, ervan leert en elkaar begrijpt. Een blik op Homs in Syrië laat zien hoe in korte tijd – in onze huidige tijd – een bloeiende stad van ruim 600.000 intelligente inwoners tot puin kan geraken. Merkwaardig dat juist mijn moeder (die van wat je vindt mag je houden) zich nog herinnert hoe Rotterdam er in mei 1940 uitzag (voor en na). ’t Is ook maar ongeveer 75 jaar geleden… Zij weet dat nog.

Hoe moeilijk is een dialoog tussen expertise en onwetendheid? Heel moeilijk, maar alleszins de moeite waard om te proberen. Geen debat of discussie. Daar zijn we goed in. Elkaar bestrijden met meningen: Vinnik! Nee, vinnik! De dialoog vergt moed, durf en vooral persoonlijk leiderschap. “Ik vind” dat we daar nog stappen hebben te maken. Ik ben ervan overtuigd dat jonge competente vrouwen ons daar heel goed bij kunnen helpen. Ik geloof sterk in diversiteit in elk opzicht. Ook binnen Europa bestaan veel verschillen – dat maakt Europa ook zo mooi. Je hoeft die verschillen niet weg te poetsen naar een algemeen erkende McDonalds standaard naar Amerikaans voorbeeld. Omarm die verschillen in sekse, geloof, taal, cultuur en al die andere variabelen. Werk met elkaar samen in schitterende projecten, die creatieve, innovatieve en duurzame resultaten opleveren voor onze en volgende generaties. Laat onze millennials niet in de steek door het verschil tussen expertise (de “knows”) en de onwetenden (de “no-knows”) uit te vergroten en te laten divergeren. Het is de hoogste tijd voor de onverbrekelijke samenhang tussen alle mensen. Het klinkt als een oud communistisch ideaal uit 1848, maar het is nog steeds verstandiger om alle volkeren op aarde te verenigen dan ze elkaar de hersens te laten inslaan. socrates-quotes-2Het is aan die zogenoemde (Europese) elite om haar medemensen aan voldoende zingevende arbeid te helpen in plaats van hen te geselen met volstrekt overbodige bezuinigingen, die het draagvlak wegmaaien onder de bereidheid om de dialoog aan te gaan. Ook dat vergt leiderschap. Daarover in een volgende blog meer.

Vrijheid in Verbondenheid

Vrijheid geef je doorElke Bevrijdingsdag komt die vraag weer bij mij naar boven: wat is vrijheid eigenlijk? Dat ik kan denken wat ík wil? Dat ik mijn mening kan uiten als ík dat wil? Dat ik kan aanraken en voelen wat ík wil? Dat ik kan eten en drinken wat ík wil? Dat ik kan zeggen wat ík wil? Dat ik kan doen wat ík wil? Dat ik mijzelf kan toe-eigenen wat ík wil? Dat ik iemand kan kwetsen als ík dat wil? Dat ik onze Koning, onze minister-president of onze directeur – of JOU – kan beledigen als ík dat wil? En natuurlijk zonder enig nadelig gevolg – voor mij wel te verstaan! Is dat vrijheid? Is vrijheid zo onbeperkt als ik het hier op schrijf?

Natuurlijk mag ik denken wat ik wil. En ik mag dat nog opschrijven ook. Dít is mijn mening en die mag ik uiten. Maar mag ik dan die beeldschone, mijn wellust opwekkende jonge vrouw aanraken, haar borsten betasten omdat ík dat nu eenmaal wil? Natuurlijk niet, hoor ik je meteen uitroepen. Mijn moeder voedde mij op met het besef dat zo’n aanraking niet fatsoenlijk, niet geoorloofd is. Zij liet mij kennismaken met bepaalde grenzen. Zij schepte mijn bordje op en gaf aan dat ik het vlees niet van het bordje van mijn zus mocht jatten. Mijn Oma bad zelfs voor het eten: “Lieve Heer, ik houd het kort, anders stelen ze het eten van mijn bord.” Zelfs de Almachtige was bij tijd en wijle niet bij machte om ons in het gareel te houden.

Aan tafel werd gesproken door vader en moeder en de kinderen luisterden. Slechts op uitdrukkelijk verzoek – als het woord tot ons werd gericht – dan mocht ik als kind iets zeggen. Anno 2016 kwetteren mijn kleinkinderen heerlijk mee aan tafel wanneer het hen uitkomt. Leuk. En toch zorgen we ervoor dat er geen “onvertogen” woorden over tafel gaan. Wat voor woorden waren dat ook alweer? Bijvoorbeeld: wij gebruiken geen scheldwoorden. Wij proberen “de bal” te spelen in plaats van “de man”. Het gaat in zo’n gesprek meer om de inhoud dan om de boodschapper. We hebben een gesprek – een dialoog, waarin wij naar elkaar luisteren, elkaar proberen te begrijpen en van elkaar leren. Win-win.

 

Als we aan tafel zitten om te eten, dan zitten wij aan tafel om te eten. We hebben afgesproken met elkaar dat we dan geen andere dingen doen dan gezellig eten, drinken en een leuk gesprek voeren. Geen smartphones op tafel, geen krant (wat was dát ook alweer?) en we doen geen spelletjes. We doen niet wat we op dat moment misschien zouden willen. We hebben afgesproken dat we met elkaar eten, drinken en een leuk gesprek voeren. Je kunt niet altijd doen waar je zin in hebt.

Als mijn echtgenoot moe is, dan doe ik de afwas. Inderdaad, wij hebben gekozen om geen vaatwasser in huis te nemen. Vaak doen we de afwas samen, soms doe ik het alleen. En als mijn vrouw even geen zin in seks heeft, dan zegt ze dat en dan respecteer ik dat (slik!). Ik doe niet altijd waar ík zin in heb als het de ander even niet uitkomt of als we samen iets anders hebben afgesproken. In “iets met elkaar afspreken” zit iets van normbesef; een waarde die zodanig belangrijk is dat je daar naar handelt. Je houdt je aan een afspraak – aan elke afspraak die je hebt gemaakt!

Dat geldt bijvoorbeeld ook in het sociaaleconomische verkeer als we het over bezit hebben. Pijnlijk onderwerp… Je blijft met je handen van andermans bezittingen af. En dan heb ik het niet alleen over materie: geld, huizen, boten, auto’s en dergelijke. Maar ook over mijn en jouw lichaam. Lichamelijke integriteit is een groot goed. Je blijft met je handen van mijn lijf af! Ik zal het wat minder persoonlijk maken: je blijft met je handen van vrouwen en meisjes af. Merkwaardig dat ik mijn voorlaatste zin moet wijzigen omdat het bijna altijd om grote hoeveelheden testosteron gaat voor wie die boodschap is bedoeld. Jongens en mannen lijken vaak geen boodschap te hebben aan de lichamelijke integriteit van vrouwen en meisjes: “Ze zegt wel ‘nee!’, maar ze bedoelt natuurlijk ‘ja’. Kijk maar hoe uitdagend ze gekleed gaat.” Daarom hebben twee van de drie (jonge) vrouwen last van seksuele intimidatie op onze Nederlandse kantoren. À propos: op die kantoren zijn weinig asielzoekers te bekennen…! En op mijn netvlies staan nog steeds die testosteronbommen uit Steenbergen gebrand, die scandeerden “daar moet een piemel in!”

Go Fuck YourselfDan komen we terecht bij “het verworven recht” om mensen te mogen kwetsen. Hoge bomen vangen veel wind en daar moeten ze tegen kunnen. Cabaret en satire – de moderne weergaven van de middeleeuwse hofnar – zijn nog steeds en terecht bedoeld om door middel van scherpe humor “de macht” uit te dagen, hun eventuele “corruptie” bloot te leggen én aan de kaak te stellen. Ook in dit geval moet je de bal spelen en meteen blootleggen dat de ander zich niet aan “de afspraken”, zich niet aan onze universele waarden en zich dus niet aan onze normen houdt. Zo iemand mag je, moet je zelfs “ten val brengen”. Dat wil zeggen: voor de rechter slepen. Dat laat meteen en onomwonden zien dat er dus wel degelijk een recht bestaat om je “gekwetst te voelen”. In zo’n geval laat je je gekwetste gevoel duidelijk blijken aan de ander: “Jan, als jij dat en dat zegt of zus en zo doet, dan voel ik mij op een zeer vervelende manier geraakt, gekwetst. Ik weet niet wat jij hiermee wilt bereiken, maar ik voel een knoop in mijn maag en ik slaap gewoon ronduit slecht door dit gedrag van jou. Zou jij daarmee onmiddellijk willen stoppen alsjeblieft?”

Als zo’n gesprek – eventueel in geval van hardhorend-heid na enige herhalingen – niets oplevert, dan is escalatie op zijn plaats. In het ultieme geval is daarvoor in onze rechtsstaat de rechter bedoeld. De ongenuanceerde ophef en opwinding rondom aangespannen rechtszaken tegen bijvoorbeeld Wilders, Böhmermann en Umar komen mij dan ook naïef en vreemd voor. “Minder, minder Marokkanen”, “Pedofiel en Geitenneuker” en “Go fuck yourself” kunnen als kwetsend worden ervaren door bepaalde doelgroepen of personen. En dan kan een gang naar de rechter logisch zijn. Of dat in Turkije een gang is naar “de onafhankelijke rechter” is natuurlijk een geheel ander verhaal. Daar gaat het hier even niet om.

Business Conduct GuidelinesIn de tijd dat ik bij ’s werelds grootste computer-fabrikant IBM werkte, moest ik met regelmaat de zogenoemde “Business Conduct Guidelines” lezen en ondertekenen. Opdat ik goed begreep op welke ethische gronden de leiding van IBM zaken wenste te doen in binnen- en buitenland. Het beledigen van onze directeur viel niet onder de getolereerde gedragsregels en leidde tot een tweeseconden gesprek met je leidinggevende gevolgd door je laatste gang naar de uitgang van het bedrijf: “You’re fired!” Er waren namelijk volop andere wegen om je ongenoegen over bepaalde zaken binnen dat bedrijf aanhangig te maken. Aanbevelingen van de werkvloer werden zeer gewaardeerd en de leiding deed daar ook iets mee. En anders had je natuurlijk altijd de vrijheid om een andere werkgever te kiezen

KeuzevrijheidKijk, dat is vrijheid! De vrijheid om volledig autonoom zelf keuzes te kunnen maken. In de eerste plaats ben je daarbij verantwoording verschuldigd aan jezelf en in de tweede plaats aan de mensen om je heen. Mensen waarmee jij – al dan niet graag – in verbinding staat. Je partner, je kinderen en kleinkinderen, je vrienden en vriendinnen, je buurt- en stadgenoten, je collega’s, je medewerkers, je leidinggevende(n), enzovoorts. Jouw vrijheid wordt beperkt door de vrijheid van hen waarmee je in verbinding staat. Zelfs door de vrijheid van mensen waarmee je niet direct of zichtbaar in verbinding staat – gewoon je medemens! Die vrijheid-in-verbondenheid beperkt wellicht de wijze waarop jij je emoties kunt en wilt uiten. Misschien is het eerdere voorbeeld (ga het gesprek, de dialoog aan) wel beter dan meteen de al dan niet rijdende rechter er bij te halen.

Life beginsKijk, da’s vrijheid. Dan blijkt een gesprek met een Syrische vluchteling plotseling van enorme waarde, een geweldige belevenis die iets toevoegt aan jouw eigen belevingswereld. Voor die vrijheid heeft de generatie van mijn ouders gevochten. Ik hoop dat we blijven begrijpen waar het eigenlijk omgaat. Het gaat niet om vervreemding van elkaar en terug kruipen in je eigen afgesloten comfort zone. Uiteindelijk gaat het om het “goede leven”, om vrijheid-in-verbondenheid met je medemens. Succes en heel veel plezier – ook buiten je comfort zone!

Fatsoen – wat is dat ook alweer?

Hufterig gedragGrappig hoe je als mens bent geconditioneerd. Ik sta ’s morgens meestal op tijd op, ik ben vriendelijk naar de mensen om mij heen: gezinsleden, buren en collega’s. Ik groet iedereen en meestal scheld ik niet in het openbaar, hoewel een ‘godverdomme’ er bij mij toch wel weer makkelijk uit komt. Door een recente column van Bas Heijne, columnist van NRC, werd ik mij weer eens bewust van deze Freudiaanse trekjes.

Tijdens de wederopbouw (jawel, ik ben van 1947, een goede vintage vertellen mijn vrienden van datzelfde bouwjaar) leerde ik thuis en op school dat je niemand in het openbaar mag beledigen of kwetsen. En als je dat wel doet dan is dat in de eerste plaats onfatsoenlijk. Op Wikipedia staat dat fatsoen kan worden gezien als een groot aantal sociale conventies, dat je als kind wordt bijgebracht tijdens de opvoeding door je ouders. In de tweede plaats kun je bij onfatsoenlijk gedrag ter verantwoording worden geroepen – in het uiterste geval zelfs tot in de rechtszaal. Da’s logisch, hoor ik Johan Cruijff (zelfde vintage) zeggen. Gedrag lokt gedrag uit, eigen schuld dikke bult en boete volgt op schuld. Wie zijn billen brandt, moet op de blaren zitten. Natuurlijk mag je alles zeggen, maar als je daarmee iemand kwetst dan kun je ter verantwoording worden geroepen. Wie de bal kaatst, kan hem terug verwachten. Zulke regels – mits in acht genomen – creëren een wereld waarin wij met elkaar met fatsoen omgaan. Dat is een beschaafde wereld – dat heet beschaving. Al het andere is onbeschoft, hoewel… In de loop der jaren heeft in Nederland voor veel mensen fatsoen een negatieve bijklank gekregen. Fatsoen wordt dan gelijk gesteld aan bekrompenheid en weinig tolerantie voor andere gedragingen. Het zou wellicht ook te maken hebben met een gevoel van onvrijheid, zichzelf beletten te doen waar men zin in zou hebben: “Ik heb nu eenmaal zin om jou te kwetsen!” Het is maar waar je zin in hebt…!

In mijn management training ga ik vaak uit van het gedachtegoed van de Amerikaanse management goeroe Patrick Lencioni. Hij baseert teamwerk – succesvol teamwerk – allereerst op wederzijds vertrouwen. In zo’n team – waarin iedereen elkaar oprecht vertrouwt en in ieder geval uitgaat van elkaars goede bedoelingen – durft elk teamlid zich kwetsbaar op te stellen. Elkaar kwetsen, elkaar onheus bejegenen maakt dan geen deel uit van de dagelijkse omgang met elkaar. Onfatsoenlijk, kwetsend gedrag leidt niet zelden tot een angstcultuur. Binnen een fatsoenlijk team durft iedereen zijn vrije mening te uiten. Zij durven elkaar allemaal – niemand uitgezonderd – te bevragen en iedereen geeft zijn kijk op de zaken naar beste eer en geweten. In zo’n team durven de leden furieus van elkaars mening te verschillen. In zo’n team gaan de leden met elkaar de dialoog – soms een pittige dialoog – aan. Zij luisteren naar elkaar, beginnen elkaar te begrijpen en leren van elkaar. Samen komen zij tot betere oplossingen dan de oplossing die zij ieder voor zich voor ogen hadden. Co-operatie krijgt een extra dimensie: co-creatie. In zo’n team gebeurt iets. Zij winnen GOUD op de Olympische Spelen.

Vergelijk dat eens met het gedrag en de houding van onze zelfbenoemde grote wedijveraar voor de vrije meningsuiting, het balorige lid van de Tweede Kamer Geert Wilders, die zijn teamwork baseert op het machiavelliaanse ‘divide et impera’ en het zal duidelijk zijn dat ik van “vrije mening” ben dat die aanpak tot mislukken gedoemd is. Het brengt ons weinig anders dan onbegrip en onfatsoen, kortom anarchie.

Freud zag in de mens een duistere verzameling aanvechtingen en lusten, die in toom gehouden kunnen worden door onze eigen sociale omgangsregels. In die zin dient beschaving om ons te beschermen tegen onze natuur – tegen onszelf, zegt Heijne in zijn NRC-column. Heijne vraagt zich zorgelijk af of de boel verschuift: “Vervaagt de grens? Begint de maatschappij zelf niet steeds meer op een grote voetbaltribune te lijken? Vanwege dat gevoel veroorzaakten de beelden van PSV-supporters die bedelende Roma in het openbaar vernederden zoveel ophef, net als eerder de berichten over de aanrandingen op Oudejaarsavond in Keulen. In Madrid werd niemand betast of beroofd, maar je zag het terloopse plezier in de vernedering, het achteloze machtsvertoon van de sterkste”. De bekende advocaat Gerard Spong stelde dat die PSV-supporters geen wet hadden overtreden. Terecht constateerde hij dat vervolging dan geen zin heeft. Hooguit kon PSV als vereniging een disciplinaire actie ondernemen tegen haar leden. Kijk – zo zit dat met fatsoen. Dat zit in je en dan pas je dat “keurig” toe. De balans vind je door bij een ander niet te doen wat jij niet wilt dat jou geschiedt. Gedrag lokt gedrag uit, zei ik al: wie goed doet, goed ontmoet.

Heijne gaat verder: “In de Verenigde Staten laat Donald Trump zien hoe dat politiek werkt. Trump flirt aan een stuk door met agressie en geweld, hij geeft zijn publiek impliciet toestemming om uit naam van hun grieven hun beschaving aan de kant te zetten – een beetje dreigen, een beetje intimideren, een beetje duwen en trekken, schoppen en slaan. Alles volgens de aloude leugen van het schoolplein: de ander begon. (…) We keuren het af, maar als je je gang wil gaan – wij houden je niet tegen.”

Weer even terug naar mijn management training en coaching. Een team waarvan de teamleden elkaar vertrouwen en met elkaar het inhoudelijke “conflict” durven aan te gaan, alleen zo’n team is bereid om jegens elkaar en jegens de organisatie die zij dienen, commitment aan te gaan en elkaar daar ook aan te houden. Het laat zich raden dat zo’n team daadwerkelijk klinkende resultaten neerzet. Zij gaan voor GOUD én zij winnen GOUD.

De teamleider heeft overigens ook een rol te vervullen. Vertrouwen ontstaat niet zomaar. De teamleider zal zich extra moeten inspannen om dat vertrouwen te laten ontstaan en te laten groeien. Ongewenst gedrag moet worden afgekeurd. Ook als jij je gang wil gaan, dan zal de teamleider duidelijk moeten ingrijpen. Ongewenst gedrag wordt binnen dit team niet getolereerd. Ieder lid moet zich kwetsbaar kunnen opstellen, ook ingeval van sterk afwijkende meningen. De stevige dialoog, die op een respectvolle en fatsoenlijke manier wordt geleid en gevoerd, brengt het beste naar boven. Voor iedereen zichtbaar. Zo’n leider let zowel op het gewenste resultaat (doel) als op de mensen waarmee hij dat doel wil realiseren. Volledige vrijheid van meningsuiting staat fatsoen daarbij niet in de weg.

Vooral vrouwen blijken een geweldige positieve bijdrage te kunnen leveren aan dergelijke GOUDEN teams. Experimentele onderzoeken hebben aangetoond dat tenminste 30% vrouwen in een team al tot verbetering van de communicatie, samenwerking en resultaten leiden. In zo’n team is het belangrijk dat mannen ruimte maken voor vrouwen en dat vrouwen deze ruimte optimaal benutten – wellicht zelfs aangemoedigd door mannen. Het optimum blijkt te liggen op 55% vrouwen en 45% mannen binnen een (management) team. Het huidige gemiddelde percentage ligt op minder dan 20%. Er is dus werk aan de winkel en dat is niet meer dan fatsoenlijk.respect 2

Keynes is dood, lang leve Keynes!

Donderdag 11 februari j.l. bezocht Richard Koo, chef-econoom van het Japanse Nomura-instituut, Amsterdam op uitnodiging van het CFA Institute en hield een toespraak over wat hij de “balansrecessie” noemt. In een daaropvolgend interview met NRC-redacteur Maarten Schinkel zegt hij: “Als ik moet kiezen tussen de negatieve toekomstige gevolgen van Qualitative Easing (RV: het opkopen van staatsobligaties door centrale banken om geld in het financiële systeem te pompen) en een enorme overheidsschuld, dan koos ik zonder dralen voor het laatste. Dat zou in ieder geval een positieve invloed op de reële economie hebben gehad.” Al jaren pleit ik voor een welhaast Keynesiaanse aanpak van onze huidige financiële én sociaaleconomische crisis. Als de overheid zou investeren in grote, liefst complexe en duurzame infrastructurele projecten dan zou het effect op de reële economie (Banen! Banen! Banen!) vele malen groter zijn geweest dan de huidige monetaire maatregelen, die hebben geleid tot zeer lage (soms zelf negatieve) rentestanden, inclusief het zeer nadelige effect op ons pensioensysteem.

Grote, duurzame infrastructurele projecten

Zelfs in “Dienstenland Nederland” zullen de volgende projecten een zeer gunstig en direct effect hebben op de werkgelegenheid:

  • Hoofdverkeerswegennet naar tenminste 2x vierstroken plus “secure lane” op ecologisch verantwoorde wijze
  • Provinciale wegennet structureel verbeteren (= veiliger maken) op ecologisch verantwoorde wijze
  • Hogesnelheidslijn met prioriteit verbeteren en uitbreiden i.s.m. België, Duitsland en Frankrijk
  • Alle bestaande gelijkvloerse kruisingen van weg/spoor ombouwen naar ongelijkvloers
  • Ecologische hoofdstructuur versneld verbeteren
  • Hoofdvaarwegennet op ecologisch verantwoorde wijze verbeteren (bijvoorbeeld vergroten van sluizencomplex in de Afsluitdijk)
  • Investeringen in Onderwijs aanzienlijk opvoeren (meer leraren, meer diversiteit)
  • Investeringen in Zorg aanzienlijk opvoeren (schadelijke bezuinigingen terugdraaien)
  • Zorg voor 65+ op Achtzaam peil brengen, incl. maatwerk
  • Investeren in betere verdeling Werk en Zorg (ruime kinderopvang, meer diversiteit)
  • Cultuur sterker maken en schadelijke bezuinigingen terugdraaien
  • Herinvesteren in Onderzoek & Ontwikkeling (Scientific)
  • Strategisch Technologieplan opstellen en onverwijld uitvoeren dat verder reikt dan het Deltaplan ICT (Technology)
  • Strategisch Industrieplan opstellen en onverwijld uitvoeren dat verder reikt dan olie, gas en chemie (Engineering)
  • Strategisch Wiskundeplan opstellen en onverwijld uitvoeren, inclusief diversiteit (Mathematics)
  • Cybercriminaliteit krachtig aanpakken door gerichte investeringen in Nationale Politie
  • Investeren in duurzame energie: water-, wind- en zonne-energie
  • Investeren in duurzame sport- en recreatiegebieden (à la Alpe de Flevo)
  • Pensioenleeftijd handhaven op 65 jaar en doorwerken na 65 jaar veel beter faciliteren

Deze projectenlijst is beslist niet uitputtend. Door reflectie vinden we vast nog veel meer creatieve, duurzame en innovatieve projecten. Juist door bij investeringen veel aandacht uit te laten gaan naar ecologische duurzaamheid, zal veel creativiteit en innovatiekracht vereist zijn. Beide zijn in onze diverse Nederlandse samenleving rijk voor handen. Ik verwacht vooral van onze competente vrouwen veel input!

Geld is gratis en wij betalen de prijs

Inmiddels erkennen alle zichzelf respecterende economen dat de lage rente een probleem is. Maar zolang die rente laag is, kan onze overheid daar van profiteren door tegen zeer lage kosten geld te lenen en te gebruiken om te investeren in bovengenoemde projecten. Natuurlijk neemt daardoor de overheidsschuld toe. Maar dat kunnen we ons tijdelijk best veroorloven als daardoor meer mannen en vrouwen aan het werk kunnen in de wetenschap, de technologie, de industrie, de wiskunde (STEM zeggen de Amerikanen) en de dienstverlening. Zowel de bedrijven als de mensen zullen door de toegenomen werkgelegenheid in staat zijn om weer te investeren, meer te consumeren en meer belasting af te dragen. En de La Ligna’s, de Paradigits, Foto Kleins, de V&D’s, de Scapino’s, de Manfields, de Actiesporten, de DA-drogisterijen en de bakker op de hoek van de straat profiteren mee c.q. krijgen lucht om hun sleetse business modellen snel aan te passen aan de nieuwe e-markt omstandigheden.

Dat klinkt allemaal veel beter dan het huidige beleid dat burgers en bedrijven stimuleert om uitsluitend hun beschadigde balans te repareren. Hoe meer bedrijven en burgers bezuinigen door hun schulden en hypotheken af te lossen in plaats van te investeren en te consumeren, hoe dieper de economie in het slop raakt. Als daarbij ook nog eens de overheid bezuinigt, dan stort de economie echt in elkaar. En dat gebeurt ook vandaag de dag ondanks alle grootspraak van onze politieke leiders.

De monetaristen voeren aan dat als bedrijven en burgers hun schulden aflossen al dat gespaarde en terugbetaalde geld naar de financiële sector gaat. Die neemt al dat geld in en zou dat dan weer uitlenen. Maar er blijkt niemand te zijn om het aan uit te lenen, zelfs de overheid bezuinigt! Het opkopen van staatsobligaties door de centrale banken – de zogenoemde Quantitative Easing (QE) – die daarmee nog meer geld in het financiële systeem pompen, werkt niet en heeft ook nooit gewerkt. Hier maakt Richard Koo een vergelijking met de Japanse crises van 1997 en 2001: de Japanse overheid bleef altijd geld lenen ondanks de gemaakte fouten zoals de bezuinigingen en lastenverhogingen uit diezelfde jaren. Ons huidige beleid stapelt alle fouten bij elkaar op. Koo waarschuwt nu voor een grotere depressie in Europa dan de Grote Depressie die volgde op de beurskrach van 1929.

Overheid: stop met bezuinigen!

Volgens het Europese Stabiliteits- en groeipact uit 1997 mag het begrotingstekort niet groter zijn dan 3% van het bruto binnenlands product (bbp). De Eurolanden krijgen hun huishoudboekje steeds beter op orde. Het begrotingstekort zal van gemiddeld 1,9 procent in 2015 verder dalen naar 1,7 procent in 2016 als de plannen van de eurolanden worden uitgevoerd.

Volgens datzelfde pact uit 1997 mag de staatsschuld niet groter zijn dan 60% van het bruto binnenlands product. Nederland zit met een staatsschuld van ca. 70% van het bbp onder het Europese gemiddelde. Duitsland zit rond de 80%. Hoewel ook de schulden van landen dalen, maken de monetaristen in Brussel zich daar nog wel grote zorgen over. Het staat sneller herstel van de economie in de weg. ”Er is grond voor voorzichtig optimisme”, zei Eurocommissaris en vicevoorzitter Valdis Dombrovskis (Euro en Sociale Dialoog). Maar is deze bezuinigingspolitiek dan de oplossing? “Nee!”, zegt Richard Koo, “Het is extreem gevaarlijk en de economen bij de ECB weten dit. Maar de top denkt anders.”

Stimulerend begrotingsbeleid is het antwoord

Quantitative EasingTegenstanders van Keynes voeren altijd aan dat het laten oplopen van de overheidsschuld ter faveure van de reële economie aanleiding geeft tot hoogoplopende inflatie met alle gevolgen van dien. Koo toont aan dat ook QE een inflatoire bom legt onder onze economie. Reeds nu zit er door QE 2.300 miljard dollar aan overtollige cashreserves in het Amerikaanse banksysteem; zestien maal meer dan wat nodig is. En de ECB koopt sinds april 2015 obligaties op tot een bedrag van 1.140 miljard euro. Als dat plotseling vrijkomt, dan schiet de inflatie als een raket omhoog.

Een stimulerend begrotingsbeleid zoals hierboven verwoord in een groot aantal grote, duurzame en wellicht infrastructurele projecten is het antwoord. En het rente-instrument is volop beschikbaar om tijdig het gevaar van inflatie in de hand te houden. Laten we wel zijn: een inflatie van 3% tot zelfs 4% zou zeer goed zijn voor onze economie en een gunstig effect hebben op onze schuldenpositie. Een enigszins oplopende en goed in de hand gehouden rente heeft dan ook nog eens een zeer gunstig effect op ons pensioenstelsel. Terwijl de pensioenfondsen prima resultaten scoren op hun beleggingen, moeten zij op dit moment met een onnodig laag gehouden rekenrente hun toekomstige verplichtingen “berekenen”. Derhalve wordt de Nederlandse werknemer twee keer genaaid: eerst bij het vaststellen en afdragen van zijn pensioenpremie en vervolgens bij het vaststellen van de hoogte van zijn niet of nauwelijks geïndiceerde pensioen. De effecten van de welbekende woekerpolissen dreunen nog steeds na…

Kortom: overheid, stop met bezuinigen en investeer breed en diep in grote, duurzame en reële projecten, laat de inflatie licht oplopen (tot 3%, maximaal 4%) en gebruik het rentewapen wanneer nodig. echte_baanCentrale banken, stop met QE en breng al het opgespaarde geld met zorgvuldig beleid terug in de reële economie. Voor herstel nu en een betere toekomst. Het alternatief is geenszins aantrekkelijk: ook Koo ziet de symptomen van een opkomende werkelijk Grote Depressie. En gezien de stand van de huidige politieke mentaliteit en het huidige Nederlandse en Europese – gebrek aan “divers” – leiderschap: chaos en oorlog.

Keynes is dood, lang leve Keynes!

Ik steun Doel 5: Gender Gelijkheid

Gender Equality Global Goals A Journey to 2022In september 2015 demonstreerden de wereldleiders hun vastbeslotenheid om de komende 15 jaar drie majeure veranderingen te realiseren. Zij legden hun commitment vast in 17 Global Goals, zeventien werelddoelstellingen waarmee zij de volgende drie veranderingen willen bewerkstelligen:

  1. Maak een einde aan extreme armoede
  2. Bestrijd ongelijkheid en onrechtvaardigheid
  3. Los de klimaatverandering op.

Elk van de 17 Global Goals is gekoppeld aan het oplossen van onze klimaatcrisis. De succesvolle COP21 topconferentie in Parijs van vorige maand was de eerste test van de beloften die de wereldleiders in september deden. Overigens kun je hier kijken hoe je zelf wat kunt doen.

In deze blog besteden we kort aandacht aan doelstelling nummer 5: Gender Gelijkheid. Dit doel is verder onderverdeeld in de volgende negen subdoelen:

  • Maak een einde aan elke vorm van discriminatie tegen vrouwen en meisjes waar ook ter wereld.
  • Ban alle vormen van geweld uit tegen alle vrouwen en meisjes in zowel de publieke als de privé ruimte, inclusief vrouwenhandel en seksueel en ander misbruik.
  • Ban alle schadelijke praktijken uit, zoals kinderhuwelijken, vroege en gedwongen huwelijken en vrouwelijke genitale verminking.
  • Mind the GapErken en waardeer onbetaalde zorg en huishoudelijke werkzaamheden door het bieden van overheidsdiensten, adequate infrastructuur en beleid inzake sociale bescherming alsmede het bevorderen van gedeelde verantwoordelijkheid binnen het huishouden en het gezin voor zover dat adequaat kan worden geboden op nationaal niveau.
  • Zorg voor de volledige en doelmatige deelname van en gelijke kansen voor leiderschap voor vrouwen op alle niveaus van besluitvorming binnen het politieke, het economische en het publieke leven.
  • Zorg voor universele toegang tot gezondheidszorg op seksueel en voortplantingsgebied en tot recht op voortplanting zoals vastgelegd in het actieprogramma van de International Conference on Population and Development (ICPD) en het Beijng Actieplatform en de documenten waarin de bevindingen van deze conferenties zijn vastgelegd.
  • Voer hervormingen door om vrouwen gelijke rechten te geven op alle economische bronnen alsmede toegang tot eigendom en controle over land en andere vormen van eigendom, financiële diensten, erfenis en natuurlijke bronnen in overeenstemming met nationale wetgeving.
  • Verbeter het gebruik van technologie, zoals informatie en communicatietechnologie, om de autonomie en het zelfvertrouwen van vrouwen te helpen bevorderen.
  • Pas zoveel mogelijk verstandig beleid toe en wetgeving die kan worden gehandhaafd en verbeter waar deze mogelijk om gendergelijkheid te bevorderen en de gelijkstelling van alle vrouwen en meisjes op alle niveaus te versterken.

Human IssueVele academische en praktijkstudies tonen onomstotelijk aan dat vrouwen talenten, kwaliteiten en competenties bezitten die mannen veelal node missen. Wij stellen hier niet dat de vrouw beter is dan de man of omgekeerd, maar de combinatie van beide seksen maakt veel sterker. Die combinatie is creatiever in het bedenken van oplossingen die de mensheid nu nodig heeft op het gebied van duurzaamheid en innovatiekracht. Genderbalans is geen wens, maar bittere noodzaak.

Drie Universele Waarden

Vrijheid en de restVrijheid van Meningsuiting, die kennen we – en hoe?! Gelijkheid is al lastiger – “some pigs are more equal than other pigs”. En Broederschap, tja – we zien die vervelende vluchtelingen liever gaan dan komen, toch? Hoe zo “broederschap”… Nee, die vrijheid, Mijn Vrijheid, dat deel uit de erfenis van de Franse Revolutie bevalt mij heel goed. Ik zeg gewoon wat ik denk. Als ik denk dat jij een “gelukzoeker” bent, dan zeg ik dat gewoon. Al ben je door omstandigheden in de WW beland, ben je door het noodlot in een rolstoel en de WIA beland, of nog irritanter, als alleenstaande moeder met twee jonge kinderen in de bijstand en de schuldsanering terecht gekomen: jullie zijn allemaal “gelukzoekers”. Hand ophouden, woning opeisen en er niks voor willen doen. Geen tomaat zal door jullie in Westland worden geplukt. En dan ook nog die “gelukzoekers” uit Holms, Kobani, Palmyra, … Mijn Vrijheid overstijgt alles en iedereen…

De leus ‘Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap’ werd geïntroduceerd tijdens de Franse Revolutie (1789), maar werd pas volop in gebruik genomen bij de oprichting van de Derde Franse Republiek in 1870 – bijna honderd jaar later. Nu is het de lijfspreuk van Frankrijk. Daar lijkt goed over nagedacht. Dus dacht ik: “Kom, ik reflecteer eens even lekker mee”. Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap is geen menukaart. Het is een uitgebalanceerd driegangenmenu waarvan alle ingrediënten onlosmakelijk bij elkaar horen. Na zo’n machtige maaltijd sta je op van tafel en loop je naar een fijne relaxfauteuil om nog eens heerlijk na te tafelen. Vrijheid? Gelijkheid? Broederschap? Waar staan zij eigenlijk voor?

Deze drie woorden vertegenwoordigen drie universele waarden. Waarden die mensen over de hele wereld zouden mogen inspireren, motiveren en stimuleren om in hun gedrag en houding precies dat te laten zien: vrijheid, gelijkheid en broederschap. En terwijl ik hier over nadacht, werd ik onlangs getroffen door een brief van een 20 jaar jonge gehandicapte vrouw in Frankrijk. Zij kent een ernstige lichamelijke beperking, waardoor zij voor de rest van haar leven veroordeeld is tot de rolstoel. Zij ziet en ervaart dagelijks de onvoorwaardelijke liefde en zorg van haar ouders en haar zussen. En toch maakt zij zich zorgen over haar toekomst. Ook in Frankrijk wordt sterk bezuinigd op de zorg. Datzelfde Frankrijk dat vorig jaar een paar flinke emotionele klappen heeft moeten incasseren.

In haar brief doet zij een beroep op deze drie universele kernwaarden: vrijheid, gelijkheid en broederschap. Zij schrijft onder meer: “Alle mensen zijn in vrijheid geboren en allemaal gelijk in rechte, onze fundamentele beginselen. (…) Ik ben 20 jaar oud! Ik ben volwassen, ik ben vrij, vrij om te genieten en vrij om mijn onafhankelijkheid terug te winnen. Ik ben 20 jaar oud! Ik begrijp goed wat gelijke kansen en rechten in mijn land voor mij betekenen. Ik ben 20 jaar oud!  Ik heb het recht om mijn eigen plek te kiezen alsmede mijn manier van leven. Ik ben 20 jaar oud! Ik ben motorisch gehandicapt, maar de sociale instellingen in mijn land hebben mij laten vallen omdat ik niet ‘binnen hun structuur pas’”. Zo sterk worden deze drie fundamentele, universele kernwaarden beleefd en gevoeld.

De Nederlandse schrijfster Joke Hermsen zei het zo in NRC “Sprekend” op 4 juli 2015: “De mens is een tweestemmig wezen. Er is het uiterlijke ik, het paspoort. In mijn geval: 53 jaar, moeder van twee kinderen, schrijfster, filosoof. Maar dat vertelt niet wie ik ben. Het uiterlijke ik is zegbaar, scanbaar ook, het gedeelte dat neurobioloog Dick Swaab en consorten willen erkennen. Wij zijn ons brein. Maar achter die meetbare materie schuilt het zelf, dat reflecteert en betekenisvolle vragen stelt als welke kant wil ik nu werkelijk op met mijzelf, mijn kinderen, de wereld? Wie die tweestemmigheid ontkent, reduceert de mens tot een ding.” Het zelf dat reflecteert en betekenisvolle vragen stelt. Kijk, dat moet kunnen onder alle omstandigheden. Dat is vrijheid van meningsuiting. En ik luister, begrijp en leer van Hermsen. Dan ontstaat er een dialoog die in vrijheid gevoerd moet kunnen worden. Daar horen dus geen “piemels bij die ergens ingestopt moeten worden”. Geen geraaskal, maar de dialoog in vrijheid gevoerd.

Onlosmakelijk met vrijheid verbonden is gelijkheid. “Alle mensen zijn gelijk in rechte”. Het gaat in dit verband heel vaak om rechtsgelijkheid. Artikel 1 van onze Grondwet verwoordt dit gelijkheidsbeginsel als volgt:

“Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.”

Het tweede deel van dit artikel wijst op een duidelijk verbod op discriminatie: iedereen is gelijk ongeacht godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook. Het is jammer dat Nederlandse rechters alle overige wetten niet mogen toetsen aan onze Grondwet. Dat privilege is volkomen onterecht voorbehouden aan de wetgevende macht in Nederland, i.c. de Regering c.q. de Volksvertegenwoordiging. In ons omringende landen zijn de Trias Politica zuiverder doorgevoerd. Dit is meteen de reden dat Nederlandse rechters vaak uitwijken naar het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). En laat dit nu weer juist interessant zijn bij het toetsen van onze vrijheid van meningsuiting.

MarianneVrijheid en Gelijkheid verliezen aan kracht als zij niet worden verbonden door Broederschap. Besef overigens dat “fraternité” in de 19e eeuw vanzelfsprekend was en “solidarité féminine” (zusterschap) minder gangbaar. Het feminisme kwam pas echt op gang tegen het einde van die 19e eeuw. Waarbij we voor het gemak Marianne als symbool van “de vrijheid die het volk leidt” (La liberté guidant le peuple door Eugène Delacroix) even buiten beschouwing laten. Tegenwoordig verstaan we onder broederschap natuurlijk ook de verbondenheid tussen vrouwen onderling en tussen mannen én vrouwen. Hoezeer broederschap van belang is voor onze samenleving bleek nog weer eens uit de “Ode aan een vergeten ideaal: de broederlijkheid” van de Belgische schrijver David van Reybrouck. Daarin herinnert hij aan een tekst van de Belgische oud-premier Mark Eyskens, die ooit schreef dat de drie universele waarden uit de Franse revolutie in verschillende perioden zouden worden gerealiseerd: de gelijkheid in de negentiende eeuw, de vrijheid in de twintigste; de eenentwintigste eeuw zou dan de eeuw van de broederlijkheid moeten worden. Waaruit meteen moge blijken dat onze zuiderburen wellicht een betere vertaling hanteren van ‘fraternité’. Ook de eerste vice-president van de Europese Commissie, Frans Timmermans, schreef eind 2015 een vlammend pamflet: “Broederschap”.

In mijn management training & coaching hanteer ik de kernwaarden vrijheid en broederschap. Bij authentiek leiderschap gaat het in essentie om “vrijheid in verbinding”. Je kunt alleen jezelf zijn als er sprake is van vrijheid in denken. En doen wat jij ervaart als de juiste weg. Authenticiteit betekent letterlijk ‘eigen zijn’; niet precies zoals de anderen. Einstein zei daar het volgende over: “Everything that is really great and inspiring is created by the individual who can labor in freedom.” Tegelijkertijd staat een authentiek leider voor de uitdaging zich daadwerkelijk te verbinden met de organisatie en de mensen die hierin werkzaam zijn. Om vervolgens vanuit deze verbinding een beweging in te zetten die voortvloeit uit vrijheid in denken. De schijnbare paradox tussen vrijheid en broederschap zou een werkelijk authentieke leider moeten uitdagen tot een staaltje evenwichtskunst tussen beide universele waarden: vrijheid-in-verbinding en leider onder zijn/haar gelijken.

Met diversiteit brengen we gelijkheid nadrukkelijk terug uit de 19e eeuw in onze hedendaagse management training & coaching. Mannen en vrouwen verdienen gelijke rechten en gelijke kansen. Uit omvangrijk onderzoek is gebleken – en blijkt vandaag de dag nog steeds – dat de aanwezigheid van meer vrouwen binnen (management) teams een significante verbetering van de bedrijfsresultaten oplevert. De cijfers liegen er niet om en elke ondernemer zou ronduit gek zijn als hij deze kans niet meteen grijpt. Het beste voornemen voor 2016 luidt dan ook: “Benoem meer vrouwen op leidinggevende posities”. Dat zal niet zonder slag of stoot gaan. Mannen zullen bewust ruimte moeten maken voor vrouwelijk talent en last but not least vrouwen zullen die ruimte daadwerkelijk moeten pakken.

Met meer Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap – juist in de vorm van veel meer diversiteit – binnen onze ondernemingen, organisaties en instituten creëren wij een betere samenleving, zelfs een betere wereld.

Help, een onbekende nodigt mij uit op LinkedIn!

linkedin2Je kent ze wel. Die onpersoonlijke standaard invitaties in LinkedIn van mensen die je niet kent. Wat moet je daarmee? Wie is dit eigenlijk? Negeren? Accepteren? Als ik zo’n uitnodiging ontvang, dan zou mijn eerste reactie zijn: “ik negeer elk onpersoonlijk bericht van een onbekende!”. Maar wacht even: misschien is het wel een hele waardevolle persoon, dus ik bekijk eerst even zijn/haar profiel. Leuke foto? Duidelijke functie of rol? Interessante ‘summary’? Als dat allemaal met ‘ja’ beantwoord kan worden, dan accepteer ik deze uitnodiging toch. Maar niet zomaar. Ik stuur direct na acceptatie een berichtje om even te vragen waarom deze persoon mij heeft uitgenodigd. En het netwerken is begonnen…!

LinkedIn is een professioneel netwerk binnen het fenomeen ‘social media’. Voor zakelijk gebruik dus. Andere sociale media, zoals Facebook, Instagram, Twitter en dergelijke kun je gebruiken voor je ‘vrienden, vriendinnen en vijanden’. Maar LinkedIn is echt uitsluitend voor zakelijk gebruik. Om mee te netwerken. Om dankzij je netwerk nieuwe opdrachten binnen te halen. Of zelfs een nieuwe baan!

Het Offline Netwerk

Even voor de vergelijking: stel dat je naar een netwerkborrel gaat. Daar komen collega’s en zakenrelaties, maar natuurlijk ook veel mensen die je (nog) niet kent. Met wie ga je praten? Toch niet met de mensen die je al kent? Die zeg je even gedag, maar je gaat snel naar iemand toe die je nog niet kent. Zijn of haar gezicht is duidelijk te zien, jouw gezicht trouwens ook. Je stelt je kort voor en neemt deel aan het gaande gesprek – als je een groepje mensen hebt benaderd – of je begint een kort gesprek. Eens kijken waar de haakjes blijven haken. Interessant gesprek? Interessante persoon? Vijf minuten is lang genoeg, dus wissel gauw je contactgegevens uit, bedank voor de leuke kennismaking – tot ziens! – en beweeg je naar de volgende alleenstaande persoon of groep mensen. Enzovoorts. Je netwerk groeit. Natuurlijk zoek je de persoon de volgende dag – of nog diezelfde avond – op LinkedIn op en nodigt hem of haar uit om te connecten – met een persoonlijk bericht.

Het Online Netwerk

Net zo min als jij op een netwerkborrel met een zak over je hoofd loopt, zorg je op LinkedIn voor een goed gelijkende professionele foto. Profielen zonder foto (zak over je hoofd) zijn niet interessant. Geen vakantiekiekjes, geen groepsfoto’s (wie van de drie?) en niet te ondeugend. En zet als eerste regel onder je naam je rol, functie of een geslaagde oneliner die jou in een klap kernachtig beschrijft. Het voegt helemaal niets toe als je daar schrijft: “Beschikbaar voor een uitdagende functie”. Welke functie dan? En hoe lang ben je al beschikbaar? Wat is er mis met je als dat er al drie, vier maanden staat? Dus noteer wie je bent (mooie oneliner) of wat je doet (functie/rol).

In je LinkedIn summary (samenvatting) kun je bijvoorbeeld schrijven: “Hartelijk dank voor uw bezoek aan mijn profiel. Waarmee zou ik u mogen helpen?” Geef vervolgens in een paar regels aan wat je te bieden hebt (product/dienst). En schrijf daarna een korte profielschets van jezelf op. In eerdere blogs heb ik de structuur van zo’n elevator pitch uitgebreid beschreven.

Uitgedost met een goede foto, je naam en functie en een goede summary kun je op pad. Wellicht heb je al 89 connecties verzameld, maar je wilt je netwerk verder uitbreiden. Het gaat hierbij niet om de kwantiteit, maar om de kwaliteit van je netwerkcontacten. ‘500+ connecties’ klinkt heel interessant, maar of je aan al die contacten daadwerkelijk wat hebt moet nog blijken.

Onderzoek vervolgens de connecties van jouw zogenoemde 1ste lijn connecties. Zitten daar interessante personen tussen die bovendien bij interessante bedrijven of organisaties werken? Stuur hen dan een invitatie om te connecten in de vorm van een persoonlijk bericht. Op de LinkedIn website verschijnt het hiernaast getoonde scherm met de ongewenste ‘standaard tekst’. Pas deze aangeboden tekst aan!LN invitatie

Op je smartphone moet je even oppassen. De knop ‘’Connectie maken” stuurt onmiddellijk een onpersoonlijke standaard uitnodiging eruit, dus NIET op die knop drukken. In plaats daarvan kun je je uitnodiging aanpassen – persoonlijk maken – door op de drie menu-stippen rechts bovenaan te drukken. Er verschijnt dan een pop-up menu als volgt:Uitnodiging aanpassen

In een persoonlijke uitnodiging heb je niet erg veel tekens tot je beschikking, dus wees kernachtig in je uitnodiging. De tekst moet voldoende sociale bewijskracht bevatten om de ander jouw uitnodiging te laten accepteren. Hieronder staat een voorbeeld zoals ik zelf regelmatig hanteer:

Hoi Saskia, ik heb vanavond met plezier jouw heldere & duidelijke opiniestuk in NRC gelezen. Mag ik je uitnodigen om te connecten? Dankjewel. Op mijn blog punt rovosmanagement punt nl/?cat=2 lees je over mijn passie (diversiteit). Graag tot ziens.
Mvg Robert Vos

Als jij nieuwe zakelijke contacten op deze wijze opbouwt, dan begrijp je meteen hoe je uitnodigingen van anderen aan jou moet afhandelen. Persoonlijk berichten zouden helder en duidelijk moeten zijn, dus kun je ze accepteren. Natuurlijk wel even per kerende post vragen of en hoe je die nieuwe contactpersoon kunt helpen. Onpersoonlijke standaard berichten niet meteen weigeren, maar even kijken hoe het profiel eruit ziet. Interessant? Dan accepteren en vragen wat jou deze eer verschaft. Niet interessant? Resoluut weigeren.

Er komen steeds vaker – helaas ook op LinkedIn – lucratieve of ontroerende verzoeken binnen uit Dubai, Nigeria en soms zelfs uit het United Kingdom. Vaak zogenoemde kapitaalverschaffers, die zich interessanter voordoen dan ze feitelijk zijn. Wees daar voorzichtig mee. Het kunnen berichten zijn die uiteindelijk beogen in jouw PC of smartphone binnen te dringen en er op uit zijn jouw identiteit te stelen. Alertheid en voorzichtigheid blijft geboden.

Je netwerk groeit en groeit. Onderhoud je netwerk met interessante status updates, post eens een interessant artikel, ‘like’ updates en artikelen van anderen, geef commentaar, enzovoorts. Zo blijf je zichtbaar en gebruik je tevens de basisregel van netwerken: het is geven én nemen, het is halen én brengen. Wat geef jij? Wat breng jij? Deel jouw interessante en waardevolle kennis en expertise met anderen! Deel jouw contacten met anderen! Zo groeit de kwaliteit én kwantiteit van jouw netwerk. En vergeet niet af en toe offline te gaan en je LinkedIn contacten uit te nodigen voor een kop koffie of een zakelijke lunch. Veel plezier!

Vrouwen willen gewoon niet

Ik coach mannen en vrouwen op hun identiteit: wie ben jij of wie wil jij eigenlijk zijn? Het helpt dan om van buiten naar binnen te werken. Ik observeer haar gedrag en communicatiestijl: verbaal en non-verbaal. Ik vraag waar zij erg goed in is. Ik graaf dieper en vraag naar de dingen die voor haar van groot belang zijn. Zo komt zij haar kerncompetenties te weten en wordt zij zich bewust van haar kernwaarden. En dan vraag ik: wie ben jij eigenlijk? Of wie zou je eigenlijk willen zijn? Lastige vraag en het antwoord vind je meestal pas na een lange reis door jezelf. Best een boeiende reis trouwens. Als die identiteit zich duidelijk begint af te tekenen en de vrouw – wanneer ze in  haar spiegel kijkt – zichzelf ook werkelijk als zodanig herkent, dan pakken we die waarden en competenties nog eens even goed beet. Klopt alles nu? Hoe voelt dat? Vaak voelt dat een heel stuk beter. En wat zie je? In haar gedrag en communicatie wordt ze krachtiger, sterker, zelfverzekerder en zij treedt haar omgeving met meer zelfvertrouwen tegemoet. “F*ck die onzekerheid”, schreef Vreneli Stadelmaier omdat vrouwen zo vaak niet lijken te willen als het om leidinggevende posities gaat…

Overigens kan je nog dieper in jezelf graven en je afvragen: wat doe ik hier eigenlijk? Wat is mijn reden van bestaan? Hoe luidt mijn missie? In dat verband is het misschien goed om te beseffen dat wij op “onze” tijdreis door de ruimte miljoenen jaren niet aanwezig waren – de aarde bestaat uiteindelijk reeds 4,54 miljard jaar. En daarna zijn wij opnieuw duizenden, wellicht miljoenen jaren ook niet meer aanwezig. Onze fysieke aanwezigheid op aarde beperkt zich tot gemiddeld zeg 80 jaar. Wat is onze missie gedurende die geologisch of astronomisch extreem korte tijd? Doorgeven van het leven. Voortplanting. Deze missie volbrengen normaliter man en vrouw samen – al vele eeuwen!

“Samenlevingen denken heel verschillend over voortplanting”, schreef Dirk Vlasblom in de NRC van 15 augustus 2015. En hij vervolgt: “In 1929 vroeg de Poolse antropoloog Malinowksi aan een bewoner van de Trobriand-Eilanden bij Nieuw-Guinea of hij niet boos was dat zijn vrouw een kind had gebaard terwijl hij twee jaar was weggeweest. De man begreep de vraag niet. Volgens Trobrianders speelt de man geen rol bij de voortplanting. Kinderen komen van voorouderlijke geesten die drijven op zee; zij bevruchten vrouwen van hun eigen matrilineaire clan bij het baden.” Matrilineaire afstamming is het systeem van afstammingsbepaling waarbij de dochter of zoon lid wordt van de afstammingsgroep van de moeder. Dit betekent niet dat er sprake is van een matriarchale samenleving, aangezien mannen doorgaans het openbare leven domineren. Je kunt je voorstellen hoe de wereld op zijn kop werd gezet toen mannen ontdekten dat zij wél een rol spelen bij de voortplanting…

NRC correspondent Koert Lindijer tekende in de NRC van 8 september 2015 het volgende verhaal op: “Peter Nguura van Amref Flying Doctors trekt van kraal naar kraal in de campagne tegen de vrouwenbesnijdenis. ”De grootste tegenstand ondervinden we bij vrouwen”, vertelt hij. “Zijzelf werden besneden en nu weigeren ze hun dochter ervan te vrijwaren”. De vrouwenbesnijdenis wordt in familieverband gedaan. Er komt geen man aan te pas, het is een taak van oudere vrouwen. “Toen ik in een kraal eens een expliciete film liet zijn van hoe met mes of glas de clitoris zonder verdoving wordt weggesneden, wilden geschokte mannen met hun knuppels de vrouwen te lijf gaan. De mannen bleken zich nooit te hebben verdiept in de details van het vrouwenlichaam.”” Dat is toch vreemd dat vrouwen de vooruitgang van hun eigen zusters en dochters tegenwerken terwijl mannen kennelijk ruimte geven om dit verschrikkelijke ritueel af te schaffen.

Hester van Santen schrijft in de NRC (tja, die krant lees ik nu eenmaal graag) van 1 augustus 2015: “In 2003 publiceerde de Amerikaanse biopsycholoog Gordon Gallup over het mannelijk geslachtsdeel een vermakelijk en intrigerend onderzoek in Evolution and Human Behavior. Het ging over de dikke, gerande eikel van de mensenpenis. Is die een wapen in de evolutionaire spermaoorlog? Met die dikke rand zou de penis als een zuiger kunnen dienen, om concurrerend sperma uit de vagina te schuiven.

De Nieuw-Zeelandse primatoloog Alan Dixson ziet helemaal niets in menselijke spermacompetitie. Hij vindt Gallups experiment „onrealistisch”. Hij vervolgt in Primate Sexuality: “Mensenballen zijn niet groot (35 à 50 gram, tegen 119 gram bij de chimpansee). Mensensperma heeft geen krachtige motor, spermaproductie is laag. Een week lang twee keer per dag klaarkomen – en de gemiddelde man raakt spermatechnisch uitgeput.” Dixson ziet aanwijzingen voor het menselijk paarsysteem eerder in de rest van de mens. De verschillen tussen man en vrouw in borstgroei, lichaamsbeharing, postuur – dat is typisch iets voor een diersoort met een harem. „Past bij een evolutionaire achtergrond met een behoorlijke mate van veelwijverij”, concludeert Dixson. „Ik denk dat polygamie gaandeweg vervangen is door monogamie als het dominante paarsysteem.”

Onze cultuur heeft – onder invloed van de Griekse filosoof Aristoteles, kerkvader Augustinus en scholasticus Thomas van Aquino – het biologische paarsysteem op basis van een kortstondige dan wel langdurige relatie tussen man en vrouw laten verworden tot een economisch-juridisch systeem: de man bezit de vrouw. Met als ultieme consequentie dat de man werkt en de vrouw kookt, wast en strijkt. En dat wordt nog steeds – anno 2015 – bevestigd in de reclames die we op radio en TV mogen bewonderen.

In de NRC van 12 september 2015 schrijft Japke Douma onder meer: “Serena Daalmans, promovendus aan de Radboud Universiteit doet onderzoek naar moraliteit en televisie. Haar meest recente onderzoek ging over commercials in de periode 1980 tot 2005, maar ze heeft niet het idee dat er sindsdien veel is veranderd: „Vrouwen worden overal in de reclame zeer traditioneel afgebeeld. Als je het heel kort door de bocht zou moeten zeggen: vrouwen drinken koffie, mannen werken.” Terwijl in werkelijkheid zestig procent van de vrouwen in Nederland werkt, waarvan 25 procent fulltime.

In datzelfde NRC artikel: “Alice Oppenheim, televisievrouw bij AVRO tot halverwege jaren zeventig, en later werkzaam voor onder meer Tros en Elsevier, wrijft zich de laatste tijd vaak in de ogen om het te geloven. „Vooral de reclameblokken in de ochtend, zo rond negen uur, half tien, zijn vreselijk. Allemaal dienstbare vrouwen. Alsof we weer in de jaren vijftig en zestig zitten.”

Het loont om meer vrouwen op leidinggevende posities te benoemen. De business case is helder: 30 tot 40 procent rendementsverbetering. Begin daar dus vandaag nog mee. Er zijn op dit moment volop jonge, competente en ambitieuze vrouwen beschikbaar. Mede dankzij dit toegenomen aanbod zullen wij – man en vrouw samen – in staat zijn alle uitdagingen die daarbij horen op te lossen. Met respect voor de verschillen tussen vrouwen en mannen. Want het blijft belangrijk om vrouwen vooral vrouw te laten zijn en mannen vooral man. De synergie komt voort uit hun authentieke complementariteit. En als die vrouwen niet lijken te willen: ga het gesprek met ze aan, luister naar hen om te horen waarom zij menen deze keer niet in aanmerking te kunnen komen voor deze promotie. Dan blijkt namelijk dat vrouwen het wél kunnen en eigenlijk ook best wel willen.

Kijk nog maar eens naar dat geweldige filmpje op YouTube over de verschillen tussen de vrouwelijke en de mannelijke hersenen. Let daarbij vooral op de zogenoemde “nothing box”… veel kijkplezier!

 

https://www.youtube.com/watch?v=vzg16ZVkIpQ

I accuse today’s leaders

Our house is on fire! Immediately, I called our Fire Department. They asked me whether I was insured against house fires. Yes, I told them, please come and extinguish this fire! Then they asked how many fire extinguishers I had installed in the house. I answered desperately: “Three, but why don’t you come to put out the fire that is rapidly extending throughout my home?” The response was agonizing: “You know that you should have four extinguishers in your house. So please, fix this first, make sure your neighbors help you, and then and only then we may come to help you extinguish the fire.”

This is how I feel about today’s political leadership – or the lack of it. It has been my passion for many years to train and coach managers on both result-orientation and people-orientation. The preferred combination of inspirational (result-orientation) and coaching (people-orientation) styles of leadership is often referred to as either transformational, or charismatic leadership. Today’s leaders – and not only within the political arena – lack this type of leadership. It is this type of leadership that helps develop people to achieve more than they themselves held possible. It is this type of leadership that achieves more results than expected: 30-40 percent better results in terms of output, revenue, profit, innovation, durability, or peace. Today’s leaders – mostly testosterone-driven – lack this type of leadership.

This is why – after seeing this heartbreaking picture of Aylan Kurdi (3 yrs) on the beach of Bodrun – I accuse all leaders of today’s world for their lack of leadership. There is no orientation on result, for example peace in the Middle East. There is no orientation on people, for example, the inhuman way of trying to stop refugees from getting into our peaceful European Union.

I accuse President Bashar Al-Assad (Syria), President Vladimir Putin (Russia), and Chairman Xi Jinping (China) for their lack of leadership. I accuse President Barack Obama (USA), Prime Minister David Cameron (UK), and President François Hollande (France) for their lack of leadership. I accuse Salman bin Abdulaziz Al Saud (Saudi Arabia), Prime Minister Benjamin Netanyahu (Israel), and President Recep Tayyip Erdoğan (Turkey) for their lack of leadership. I accuse President Donald Tusk (European Union), Prime Minister Marc Rutte (Netherlands), and Dutch Labour Party “leader” Diederik Samsom for their lack of leadership.

And there are many more so-called “leaders” who score high on yielding, withdrawn, distrustful, or authoritarian leadership styles. These leaders hide behind meetings and rules. Notice that all these leaders are men. Notice that a substantial part of these “leaders” combine being “Mister-Know-It-All” with testosterone which potentially leads to Narcism. The world is on fire, and we are being led by Narcists. Mon dieu, mon dieu, ayez pitié de moi et ma pauvre people…

That’s why I call upon all our women and girls around the world to take the lead.

Men cannot do this alone. Men demonstrate clearly, almost on a daily basis, that they are neither capable nor competent to extinguish the fire. Men meet, and talk, and talk without listening to the crowds. The crowds do not need talks, they desperately need our help. They need our leadership. Please, women and girls, take the lead. With your relational and emotional leadership capabilities, along with your will to achieve human goals, women will outperform men, and help these refugees, instead of seeing them beach ashore – dead.

Our house is on fire – act upon it! Go girls go, only you can make the difference.

Hij voor Zij, Zij voor Allen

dedriemusketiersHun beroemde motto luidde: “Eén voor allen, allen voor één!” Inderdaad, dit was het motto van de Drie Musketiers en vergeet daarbij de jonge d’Artagnan als vierde man niet. Maar de eerste feministes en Engelse suffragettes die streden voor vrouwenkiesrecht aan het begin van de 20e eeuw hadden felle kritiek op het boek van Alexandre Dumas. Het verhaal was in hun ogen een typisch voorbeeld van mannelijk chauvinisme, waarin broederschap tussen mannen als een van de belangrijkste deugden wordt gezien. De vrouwen in het verhaal komen er niet al te best af: femmes fatales, die overspelig en onbetrouwbaar zijn. Na de glorieuze speech van Emma Watson voor de Verenigde Naties, hebben Zairah Khan en ik dan toch een soortgelijk motto gecreëerd:
“Hij voor Zij, Zij voor Allen”.

In de wetenschap

Op dit moment studeren veel meer jonge vrouwen af aan onze universiteiten en hogescholen. De verhouding is inmiddels ruimt 60% vrouwen tegenover minder dan 40% mannen. Jan Latten, hoofddemograaf van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldde eerder dit jaar – op Valentijnsdag – in NRC Handelsblad dat “mannen nu de klappen krijgen”. Hij becijferde dat het aantal verloren mannen groeit: laagopgeleide mannen verdienen minder, zijn vaker werkloos, hebben minder vertrouwen in anderen, vinden moeilijker een levenspartner en plegen vaker zelfmoord.

In de Raden van Bestuur

Op dit moment wordt slechts 6% van de stoelen in de Raden van Bestuur van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen en grote BVs bezet door vrouwen; voor Raden van Commissarissen ligt dit percentage hoger (19%), maar de balans tussen vrouwen en mannen is hier duidelijk zoek. Door de hiervoor al genoemde aanwas van hoogopgeleide, competente jonge vrouwen gaat deze balans er beslist komen. En de business case geeft aan dat dit goed is: ondernemingen met een substantieel aantal vrouwen in de Board groeien beter, duurzamer en zijn innovatiever. Onderzoek toont aan dat het om rendementsverbeteringen gaat van 30% of hoger.

In het Basisonderwijs

Op dit moment worden onze (klein-)kinderen op onze basisscholen in veruit de meeste gevallen opgeleid door “juffen”. De mannelijke leraar schittert steeds meer door afwezigheid in het basisonderwijs. Sinds 2003 is het percentage mannelijke leraren in het primair onderwijs gedaald van 22,8% tot 15,6% in 2012. Veel ouders maken zich daar zorgen over. De zorgen zijn niet nieuw. In Amerika en Engeland speelt de discussie rond de zogenaamde feminisering van het primair onderwijs al zo’n 100 jaar. Er zijn daarom al heel wat onderzoeken gedaan naar de mogelijke effecten ervan. Tot nu toe kon echter geen enkele relatie worden gevonden tussen het toegenomen aantal juffen enerzijds en – bijvoorbeeld – de leerprestaties van jongens anderzijds. Jongens missen wellicht een mannelijk rolmodel.

In zelfstandig ondernemersland

Vrouwelijke-startersOp dit moment is ongeveer een op de drie zelfstandige ondernemers (zzp/zp’er) vrouw. Na een periode waarin steeds meer vrouwen een eigen bedrijf startten, is dit aantal langzaam maar zeker aan het stabiliseren. Uit het Startersprofiel 2013 van de Kamer van Koophandel blijkt dat in dat jaar in totaal 49.512 (vooral jonge) vrouwen voor zichzelf begonnen. Het grootste aantal vrouwelijke ondernemers is tussen de 40 en 44 jaar oud. Zij zijn te vinden in de sector persoonlijke diensten: Informatie & Communicatie, Advisering & Onderzoek, Onderwijs & Cultuur en Sport & Recreatie. Ook zijn veel vrouwelijke starters actief in de detailhandel, waarbij webshops een steeds belangrijkere rol gaan spelen.

In de financiële sector

Op dit moment werken er niet veel vrouwen in de top van de financiële sector. Na lezing van Joris Luyendijk’s boek “Dit kan niet waar zijn” begrijp je de reden onmiddellijk: je zou als vrouw wel gek moeten zijn! Desalniettemin heeft de financiële wereld vrouwen hard nodig, zowel binnen de bedrijven als daarbuiten. Mijn business partner Zairah Khan ziet grote uitdagingen, maar ook kleine oplossingen voor een stug dilemma. Hieronder volgt een deel van haar eerder gepubliceerde betoog “Lean Back”.

De onvervulde belofte

De weerbarstige realiteit is dat de financiële sector deel uit maakt van de rest van de samenleving en economie. Keynes voorspelde ooit dat een toename in welvaart zou leiden tot een toename in welzijn, waaronder ook een kortere werkweek. Het is de grootste onvervulde belofte van het kapitalistisch systeem.

Als consument en werknemer zijn wij namelijk dienstbaar aan het genereren van economische groei, niet andersom. Dit blijkt wel uit het feit dat wij in de afgelopen vijftig jaar steeds meer zijn gaan werken. Niet individueel maar wel op het niveau van gezinnen. Daar staat tegenover dat het gezinsinkomen nauwelijks is toegenomen. Omdat families in toenemende mate afhankelijk zijn van twee inkomens kan baanverlies niet langer opgevangen worden door de niet werkende partner (Elizabeth Warren, 2006). Schulden zijn eerder in zicht en bij niet betalen geldt het recht van de sterkste.

Als we de geleverde arbeid als investering beschouwen is er sprake van een verminderde ROI in combinatie met een hoger risico. Elke financieel adviseur zou je vertellen dat deze situatie toxic is. Dumpen die portfolio. Alleen is er geen analist die ons adviseert en geen markt met alternatieven. We hebben maar een economie en we moeten het ermee doen, als werknemers dan.

Een kwestie van gezond verstand

Als we de financiële sector beschouwen als het kloppend hart van dit systeem is het niet verrassend dat we hier de grootste excessen zien van deze toxiteit. De afwezigheid van vrouwen in de top van deze sector is daarom eerder te beschouwen als een kwestie van gezond verstand dan als gebrek aan ambitie. Als we wederom ROI en risico in overweging nemen, dan is er sprake van een behoorlijk offer: apenrots cultuur, lange uren, uitstellen kinderwens – met een zeer onzeker vooruitzicht op toekomstige beloning: winstdeling, echte invloed, vrijheid?

De financiële crisis laat het wankelen van het economisch fundament zien, niet alleen het falen van een groep doorgeslagen bankiers. De relatie geldt ook andersom. Door echte transformatie in het geldsysteem en haar instituties te bewerkstelligen is het te verwachten dat economie en samenleving daar grote baat bij hebben. Vrouwen zijn hierbij onontbeerlijk, juist vanwege hun afwezigheid tot nu toe. Dat klinkt paradoxaal maar Khan verheldert deze stellingname met een ander kwaad waar vrouwen zelden de hoofdrol in spelen: oorlog. Zij heeft veel gepraat met vrouwen uit conflictlanden. Wat haar in hun verhaal altijd opviel was dat ze weliswaar zelden onderdeel van het probleem waren, maar dat ze als vanzelfsprekend hun aandeel in de oplossing eisten.

Zijn het dan weer de vrouwen die de rotzooi mogen opruimen? Ja, want ze zijn, misschien tegen wil en dank, belanghebbende. Dat geldt voor de vrouwen die al in het ‘systeem’ werken – nu is de tijd om de geschreven en ongeschreven spelregels ter discussie te stellen. En nieuwkomers zoals Khan vragen zich af: “Waren er spelregels?”

Klant is koningin

Maar er is meer nodig. Waar mensen zoals Khan weinig zeggenschap hebben, is er één groep vrouwen die dat wel heeft: klanten. Vrouwen worden wereldwijd steeds kapitaalkrachtiger, als werknemers, erfgenamen en bedrijfseigenaren. Deze trend zal zich nog verder doorzetten. Veel bedrijven doen al hun best om hun producten beter toe te spitsen op de vrouwelijke groeimarkt. De financiële sector blijft daarbij achter.

Global BankingVrouwen zijn wereldwijd zelfs ronduit ontevreden (Silverstein & Sayre, 2009). Dat ze andere behoeftes hebben dan mannen blijkt uit onderzoek. Zo willen vrouwen meer dan mannen de  financiële beslissing echt begrijpen (Barclays, 2009). Ook zouden ze met hun bank een relatie verlangen die verder gaat dan het puur transactionele (Global Banking Alliance, 2014). Een menselijke en begrijpelijke bank, daar zou de vrouw zich wel bij voelen. Dat vereist een kentering in cultuur en denken die de financiële sector goed zou doen, maar dan moeten vrouw en financiën elkaar wel wat vaker ontmoeten.

Een beetje hebzucht is goed

Wat het betekent om man of vrouw te zijn wordt deels bepaald door de maatschappij: familie, vrienden, school, collega’s en de ‘samenleving’ hebben allemaal een aantal grove gedeelde noties die op dagelijkse basis op ons in werken. Als ik nu kijk naar waarden die doorgaans als vrouwelijk getypeerd worden – empathie, generositeit, bescheidenheid, rechtvaardigheid, zorgzaamheid – staat daar een ding lijnrecht tegenover: hebzucht. Weinig vinden wij akeliger dan een hebzuchtige vrouw. Neem Imelda Marcos met haar schoenenkast. Dat beeld is zo sterkt dat het zelfs de misdaden van haar man overschaduwd.

De bankier mag heus wat empathischer en bescheidener worden. Maar voor een kentering moeten we elkaar in het midden treffen. Dat betekent dat de gemiddelde vrouw ook wat hebzuchtiger mag worden, althans zich wat meer druk moet gaan maken over haar geld. Nog te veel vrouwen houden zich liever afzijdig van geldzaken, vreemd genoeg juist als ze er genoeg van hebben. Goeie doelen en sociaal verkeer zijn veel gepaster voor een dame. Onderhandelen over geld is niet heel ver verwijderd van het schoonmaken van de plee: dat laat je aan anderen over. Maar pas als vrouwen zich als klant laten gelden, zal de bankier moeten luisteren.

Visie 2020

A Journey to 2022In haar rapport “Future to Work: A Journey to 2022” schetst PriceWaterhouseCoopers (PwC) een wereld in drie kleuren: blauw, groen en oranje. De Blauwe wereld wordt vertegenwoordigd door de grote multinationals van het type zoals hiervoor beschreven in de financiële wereld. Een carrière bij zo’n multinational scheidt de haves van de have-nots. Het gaat deze grote onderneming om winst, groei en marktleiderschap; schaalgrootte maakt het grote verschil. Voor de medewerkers gaat het om baanzekerheid en vaste dienstverbanden voor de langere termijn in ruil voor commitment en flexibiliteit. Groene ondernemingen ontwikkelen een krachtig sociaal geweten en een grote mate van maatschappelijke verantwoordelijkheid (‘vergroening’). Dit geweten en deze verantwoordelijkheid worden min of meer afgedwongen door de Klanten en de eigen Medewerkers. Deze ondernemingen zullen er alles doen om tegemoet te komen aan deze gerechtvaardigde wensen teneinde de concurrentieslag te overleven. Voor de medewerkers gaat het om ethische waarden en de balans tussen werk en zorg in ruil voor loyaliteit aan een organisatie die recht doet aan haar medewerkers. In de Oranje wereld is groot slecht voor zowel zaken als mensen en het milieu. Hier begint het uiteen vallen van de grote multinationale ondernemingen mede dankzij de technologie en de opkomst van de wereld omspannende netwerken. Hi-tech business modellen dragen bij aan het maximaliseren van flexibiliteit tegen minimale vaste lasten. Medewerkers worden ondernemers die genieten van maximale flexibiliteit, autonomie en een gevarieerde portefeuille van allerhande uitdagingen in ruil voor tijdelijke kortlopende contracten. Onze visie ziet Oranje vrouwen gaandeweg ‘verGroenen’ en op die wijze mede werk verschaffen aan (laagopgeleide) werkloze mannen. In de Groene wereld kunnen ook deze mannen een goed salaris verdienen, waardoor hun vertrouwen toeneemt. Dit stelt hen in staat verder te werken aan hun eigen persoonlijke ontwikkeling. Ons motto wordt dan “Hij voor Zij, Zij voor Allen”.

Het beste besluit voor jou

Los van maatschappelijke verwachtingen aan mannen en vrouwen is het aan elk van ons individueel te bepalen aan welke zijde van het hebzucht spectrum we staan: te veel of te weinig. Khan zegt er  persoonlijk goed aan te doen wat hebzuchtiger te worden, want haar prijskaartje is nog te bescheiden. Zij maakt er haar missie van om de kloof tussen vrouwen en financiering te dichten. Dat heeft niet alleen waarde voor de vrouwen in kwestie, maar des te meer voor de financiële sector. Khan werkt er aan, zonder haarzelf te verliezen in angst en korte termijn denken.

Voor anderen – voor jou? – betekent het wellicht wat minder hebzuchtig te zijn om je relatie met geld weer in balans te brengen. Heb je het geld wat je verdient wel echt nodig of houdt het je eerder tegen? Doe eens iets geks met je bonus, geef hem terug/weg of investeer hem in een start-up, kijk wat er gebeurt met jezelf en je omgeving. Misschien blijkt het wel het beste besluit dat je ooit hebt genomen. Of geef je stoel op in de raad van bestuur en ga aan je memoires werken, doe leuke dingen met je kinderen. En als je een vervanger zoekt? Zairah Khan is beschikbaar, tegen een vergoeding. Robert Vos levert de benodigde management training & coaching.

Voor training, coaching & counseling

ROVOS Management BV                                                                     VIVEinvest en Bridge the Gap
www.rovos.nl                                                                                       www.viveinvest.nl

Robert Vos in 2014                                                        Zairah Khan