Ik coach mannen en vrouwen op hun identiteit: wie ben jij of wie wil jij eigenlijk zijn? Het helpt dan om van buiten naar binnen te werken. Ik observeer haar gedrag en communicatiestijl: verbaal en non-verbaal. Ik vraag waar zij erg goed in is. Ik graaf dieper en vraag naar de dingen die voor haar van groot belang zijn. Zo komt zij haar kerncompetenties te weten en wordt zij zich bewust van haar kernwaarden. En dan vraag ik: wie ben jij eigenlijk? Of wie zou je eigenlijk willen zijn? Lastige vraag en het antwoord vind je meestal pas na een lange reis door jezelf. Best een boeiende reis trouwens. Als die identiteit zich duidelijk begint af te tekenen en de vrouw – wanneer ze in haar spiegel kijkt – zichzelf ook werkelijk als zodanig herkent, dan pakken we die waarden en competenties nog eens even goed beet. Klopt alles nu? Hoe voelt dat? Vaak voelt dat een heel stuk beter. En wat zie je? In haar gedrag en communicatie wordt ze krachtiger, sterker, zelfverzekerder en zij treedt haar omgeving met meer zelfvertrouwen tegemoet. “F*ck die onzekerheid”, schreef Vreneli Stadelmaier omdat vrouwen zo vaak niet lijken te willen als het om leidinggevende posities gaat…
Overigens kan je nog dieper in jezelf graven en je afvragen: wat doe ik hier eigenlijk? Wat is mijn reden van bestaan? Hoe luidt mijn missie? In dat verband is het misschien goed om te beseffen dat wij op “onze” tijdreis door de ruimte miljoenen jaren niet aanwezig waren – de aarde bestaat uiteindelijk reeds 4,54 miljard jaar. En daarna zijn wij opnieuw duizenden, wellicht miljoenen jaren ook niet meer aanwezig. Onze fysieke aanwezigheid op aarde beperkt zich tot gemiddeld zeg 80 jaar. Wat is onze missie gedurende die geologisch of astronomisch extreem korte tijd? Doorgeven van het leven. Voortplanting. Deze missie volbrengen normaliter man en vrouw samen – al vele eeuwen!
“Samenlevingen denken heel verschillend over voortplanting”, schreef Dirk Vlasblom in de NRC van 15 augustus 2015. En hij vervolgt: “In 1929 vroeg de Poolse antropoloog Malinowksi aan een bewoner van de Trobriand-Eilanden bij Nieuw-Guinea of hij niet boos was dat zijn vrouw een kind had gebaard terwijl hij twee jaar was weggeweest. De man begreep de vraag niet. Volgens Trobrianders speelt de man geen rol bij de voortplanting. Kinderen komen van voorouderlijke geesten die drijven op zee; zij bevruchten vrouwen van hun eigen matrilineaire clan bij het baden.” Matrilineaire afstamming is het systeem van afstammingsbepaling waarbij de dochter of zoon lid wordt van de afstammingsgroep van de moeder. Dit betekent niet dat er sprake is van een matriarchale samenleving, aangezien mannen doorgaans het openbare leven domineren. Je kunt je voorstellen hoe de wereld op zijn kop werd gezet toen mannen ontdekten dat zij wél een rol spelen bij de voortplanting…
NRC correspondent Koert Lindijer tekende in de NRC van 8 september 2015 het volgende verhaal op: “Peter Nguura van Amref Flying Doctors trekt van kraal naar kraal in de campagne tegen de vrouwenbesnijdenis. ”De grootste tegenstand ondervinden we bij vrouwen”, vertelt hij. “Zijzelf werden besneden en nu weigeren ze hun dochter ervan te vrijwaren”. De vrouwenbesnijdenis wordt in familieverband gedaan. Er komt geen man aan te pas, het is een taak van oudere vrouwen. “Toen ik in een kraal eens een expliciete film liet zijn van hoe met mes of glas de clitoris zonder verdoving wordt weggesneden, wilden geschokte mannen met hun knuppels de vrouwen te lijf gaan. De mannen bleken zich nooit te hebben verdiept in de details van het vrouwenlichaam.”” Dat is toch vreemd dat vrouwen de vooruitgang van hun eigen zusters en dochters tegenwerken terwijl mannen kennelijk ruimte geven om dit verschrikkelijke ritueel af te schaffen.
Hester van Santen schrijft in de NRC (tja, die krant lees ik nu eenmaal graag) van 1 augustus 2015: “In 2003 publiceerde de Amerikaanse biopsycholoog Gordon Gallup over het mannelijk geslachtsdeel een vermakelijk en intrigerend onderzoek in Evolution and Human Behavior. Het ging over de dikke, gerande eikel van de mensenpenis. Is die een wapen in de evolutionaire spermaoorlog? Met die dikke rand zou de penis als een zuiger kunnen dienen, om concurrerend sperma uit de vagina te schuiven.
De Nieuw-Zeelandse primatoloog Alan Dixson ziet helemaal niets in menselijke spermacompetitie. Hij vindt Gallups experiment „onrealistisch”. Hij vervolgt in Primate Sexuality: “Mensenballen zijn niet groot (35 à 50 gram, tegen 119 gram bij de chimpansee). Mensensperma heeft geen krachtige motor, spermaproductie is laag. Een week lang twee keer per dag klaarkomen – en de gemiddelde man raakt spermatechnisch uitgeput.” Dixson ziet aanwijzingen voor het menselijk paarsysteem eerder in de rest van de mens. De verschillen tussen man en vrouw in borstgroei, lichaamsbeharing, postuur – dat is typisch iets voor een diersoort met een harem. „Past bij een evolutionaire achtergrond met een behoorlijke mate van veelwijverij”, concludeert Dixson. „Ik denk dat polygamie gaandeweg vervangen is door monogamie als het dominante paarsysteem.”
Onze cultuur heeft – onder invloed van de Griekse filosoof Aristoteles, kerkvader Augustinus en scholasticus Thomas van Aquino – het biologische paarsysteem op basis van een kortstondige dan wel langdurige relatie tussen man en vrouw laten verworden tot een economisch-juridisch systeem: de man bezit de vrouw. Met als ultieme consequentie dat de man werkt en de vrouw kookt, wast en strijkt. En dat wordt nog steeds – anno 2015 – bevestigd in de reclames die we op radio en TV mogen bewonderen.
In de NRC van 12 september 2015 schrijft Japke Douma onder meer: “Serena Daalmans, promovendus aan de Radboud Universiteit doet onderzoek naar moraliteit en televisie. Haar meest recente onderzoek ging over commercials in de periode 1980 tot 2005, maar ze heeft niet het idee dat er sindsdien veel is veranderd: „Vrouwen worden overal in de reclame zeer traditioneel afgebeeld. Als je het heel kort door de bocht zou moeten zeggen: vrouwen drinken koffie, mannen werken.” Terwijl in werkelijkheid zestig procent van de vrouwen in Nederland werkt, waarvan 25 procent fulltime.
In datzelfde NRC artikel: “Alice Oppenheim, televisievrouw bij AVRO tot halverwege jaren zeventig, en later werkzaam voor onder meer Tros en Elsevier, wrijft zich de laatste tijd vaak in de ogen om het te geloven. „Vooral de reclameblokken in de ochtend, zo rond negen uur, half tien, zijn vreselijk. Allemaal dienstbare vrouwen. Alsof we weer in de jaren vijftig en zestig zitten.”
Het loont om meer vrouwen op leidinggevende posities te benoemen. De business case is helder: 30 tot 40 procent rendementsverbetering. Begin daar dus vandaag nog mee. Er zijn op dit moment volop jonge, competente en ambitieuze vrouwen beschikbaar. Mede dankzij dit toegenomen aanbod zullen wij – man en vrouw samen – in staat zijn alle uitdagingen die daarbij horen op te lossen. Met respect voor de verschillen tussen vrouwen en mannen. Want het blijft belangrijk om vrouwen vooral vrouw te laten zijn en mannen vooral man. De synergie komt voort uit hun authentieke complementariteit. En als die vrouwen niet lijken te willen: ga het gesprek met ze aan, luister naar hen om te horen waarom zij menen deze keer niet in aanmerking te kunnen komen voor deze promotie. Dan blijkt namelijk dat vrouwen het wél kunnen en eigenlijk ook best wel willen.
Kijk nog maar eens naar dat geweldige filmpje op YouTube over de verschillen tussen de vrouwelijke en de mannelijke hersenen. Let daarbij vooral op de zogenoemde “nothing box”… veel kijkplezier!