Maandelijks archief: juni 2015

Hij voor Zij, Zij voor Allen

dedriemusketiersHun beroemde motto luidde: “Eén voor allen, allen voor één!” Inderdaad, dit was het motto van de Drie Musketiers en vergeet daarbij de jonge d’Artagnan als vierde man niet. Maar de eerste feministes en Engelse suffragettes die streden voor vrouwenkiesrecht aan het begin van de 20e eeuw hadden felle kritiek op het boek van Alexandre Dumas. Het verhaal was in hun ogen een typisch voorbeeld van mannelijk chauvinisme, waarin broederschap tussen mannen als een van de belangrijkste deugden wordt gezien. De vrouwen in het verhaal komen er niet al te best af: femmes fatales, die overspelig en onbetrouwbaar zijn. Na de glorieuze speech van Emma Watson voor de Verenigde Naties, hebben Zairah Khan en ik dan toch een soortgelijk motto gecreëerd:
“Hij voor Zij, Zij voor Allen”.

In de wetenschap

Op dit moment studeren veel meer jonge vrouwen af aan onze universiteiten en hogescholen. De verhouding is inmiddels ruimt 60% vrouwen tegenover minder dan 40% mannen. Jan Latten, hoofddemograaf van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldde eerder dit jaar – op Valentijnsdag – in NRC Handelsblad dat “mannen nu de klappen krijgen”. Hij becijferde dat het aantal verloren mannen groeit: laagopgeleide mannen verdienen minder, zijn vaker werkloos, hebben minder vertrouwen in anderen, vinden moeilijker een levenspartner en plegen vaker zelfmoord.

In de Raden van Bestuur

Op dit moment wordt slechts 6% van de stoelen in de Raden van Bestuur van Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen en grote BVs bezet door vrouwen; voor Raden van Commissarissen ligt dit percentage hoger (19%), maar de balans tussen vrouwen en mannen is hier duidelijk zoek. Door de hiervoor al genoemde aanwas van hoogopgeleide, competente jonge vrouwen gaat deze balans er beslist komen. En de business case geeft aan dat dit goed is: ondernemingen met een substantieel aantal vrouwen in de Board groeien beter, duurzamer en zijn innovatiever. Onderzoek toont aan dat het om rendementsverbeteringen gaat van 30% of hoger.

In het Basisonderwijs

Op dit moment worden onze (klein-)kinderen op onze basisscholen in veruit de meeste gevallen opgeleid door “juffen”. De mannelijke leraar schittert steeds meer door afwezigheid in het basisonderwijs. Sinds 2003 is het percentage mannelijke leraren in het primair onderwijs gedaald van 22,8% tot 15,6% in 2012. Veel ouders maken zich daar zorgen over. De zorgen zijn niet nieuw. In Amerika en Engeland speelt de discussie rond de zogenaamde feminisering van het primair onderwijs al zo’n 100 jaar. Er zijn daarom al heel wat onderzoeken gedaan naar de mogelijke effecten ervan. Tot nu toe kon echter geen enkele relatie worden gevonden tussen het toegenomen aantal juffen enerzijds en – bijvoorbeeld – de leerprestaties van jongens anderzijds. Jongens missen wellicht een mannelijk rolmodel.

In zelfstandig ondernemersland

Vrouwelijke-startersOp dit moment is ongeveer een op de drie zelfstandige ondernemers (zzp/zp’er) vrouw. Na een periode waarin steeds meer vrouwen een eigen bedrijf startten, is dit aantal langzaam maar zeker aan het stabiliseren. Uit het Startersprofiel 2013 van de Kamer van Koophandel blijkt dat in dat jaar in totaal 49.512 (vooral jonge) vrouwen voor zichzelf begonnen. Het grootste aantal vrouwelijke ondernemers is tussen de 40 en 44 jaar oud. Zij zijn te vinden in de sector persoonlijke diensten: Informatie & Communicatie, Advisering & Onderzoek, Onderwijs & Cultuur en Sport & Recreatie. Ook zijn veel vrouwelijke starters actief in de detailhandel, waarbij webshops een steeds belangrijkere rol gaan spelen.

In de financiële sector

Op dit moment werken er niet veel vrouwen in de top van de financiële sector. Na lezing van Joris Luyendijk’s boek “Dit kan niet waar zijn” begrijp je de reden onmiddellijk: je zou als vrouw wel gek moeten zijn! Desalniettemin heeft de financiële wereld vrouwen hard nodig, zowel binnen de bedrijven als daarbuiten. Mijn business partner Zairah Khan ziet grote uitdagingen, maar ook kleine oplossingen voor een stug dilemma. Hieronder volgt een deel van haar eerder gepubliceerde betoog “Lean Back”.

De onvervulde belofte

De weerbarstige realiteit is dat de financiële sector deel uit maakt van de rest van de samenleving en economie. Keynes voorspelde ooit dat een toename in welvaart zou leiden tot een toename in welzijn, waaronder ook een kortere werkweek. Het is de grootste onvervulde belofte van het kapitalistisch systeem.

Als consument en werknemer zijn wij namelijk dienstbaar aan het genereren van economische groei, niet andersom. Dit blijkt wel uit het feit dat wij in de afgelopen vijftig jaar steeds meer zijn gaan werken. Niet individueel maar wel op het niveau van gezinnen. Daar staat tegenover dat het gezinsinkomen nauwelijks is toegenomen. Omdat families in toenemende mate afhankelijk zijn van twee inkomens kan baanverlies niet langer opgevangen worden door de niet werkende partner (Elizabeth Warren, 2006). Schulden zijn eerder in zicht en bij niet betalen geldt het recht van de sterkste.

Als we de geleverde arbeid als investering beschouwen is er sprake van een verminderde ROI in combinatie met een hoger risico. Elke financieel adviseur zou je vertellen dat deze situatie toxic is. Dumpen die portfolio. Alleen is er geen analist die ons adviseert en geen markt met alternatieven. We hebben maar een economie en we moeten het ermee doen, als werknemers dan.

Een kwestie van gezond verstand

Als we de financiële sector beschouwen als het kloppend hart van dit systeem is het niet verrassend dat we hier de grootste excessen zien van deze toxiteit. De afwezigheid van vrouwen in de top van deze sector is daarom eerder te beschouwen als een kwestie van gezond verstand dan als gebrek aan ambitie. Als we wederom ROI en risico in overweging nemen, dan is er sprake van een behoorlijk offer: apenrots cultuur, lange uren, uitstellen kinderwens – met een zeer onzeker vooruitzicht op toekomstige beloning: winstdeling, echte invloed, vrijheid?

De financiële crisis laat het wankelen van het economisch fundament zien, niet alleen het falen van een groep doorgeslagen bankiers. De relatie geldt ook andersom. Door echte transformatie in het geldsysteem en haar instituties te bewerkstelligen is het te verwachten dat economie en samenleving daar grote baat bij hebben. Vrouwen zijn hierbij onontbeerlijk, juist vanwege hun afwezigheid tot nu toe. Dat klinkt paradoxaal maar Khan verheldert deze stellingname met een ander kwaad waar vrouwen zelden de hoofdrol in spelen: oorlog. Zij heeft veel gepraat met vrouwen uit conflictlanden. Wat haar in hun verhaal altijd opviel was dat ze weliswaar zelden onderdeel van het probleem waren, maar dat ze als vanzelfsprekend hun aandeel in de oplossing eisten.

Zijn het dan weer de vrouwen die de rotzooi mogen opruimen? Ja, want ze zijn, misschien tegen wil en dank, belanghebbende. Dat geldt voor de vrouwen die al in het ‘systeem’ werken – nu is de tijd om de geschreven en ongeschreven spelregels ter discussie te stellen. En nieuwkomers zoals Khan vragen zich af: “Waren er spelregels?”

Klant is koningin

Maar er is meer nodig. Waar mensen zoals Khan weinig zeggenschap hebben, is er één groep vrouwen die dat wel heeft: klanten. Vrouwen worden wereldwijd steeds kapitaalkrachtiger, als werknemers, erfgenamen en bedrijfseigenaren. Deze trend zal zich nog verder doorzetten. Veel bedrijven doen al hun best om hun producten beter toe te spitsen op de vrouwelijke groeimarkt. De financiële sector blijft daarbij achter.

Global BankingVrouwen zijn wereldwijd zelfs ronduit ontevreden (Silverstein & Sayre, 2009). Dat ze andere behoeftes hebben dan mannen blijkt uit onderzoek. Zo willen vrouwen meer dan mannen de  financiële beslissing echt begrijpen (Barclays, 2009). Ook zouden ze met hun bank een relatie verlangen die verder gaat dan het puur transactionele (Global Banking Alliance, 2014). Een menselijke en begrijpelijke bank, daar zou de vrouw zich wel bij voelen. Dat vereist een kentering in cultuur en denken die de financiële sector goed zou doen, maar dan moeten vrouw en financiën elkaar wel wat vaker ontmoeten.

Een beetje hebzucht is goed

Wat het betekent om man of vrouw te zijn wordt deels bepaald door de maatschappij: familie, vrienden, school, collega’s en de ‘samenleving’ hebben allemaal een aantal grove gedeelde noties die op dagelijkse basis op ons in werken. Als ik nu kijk naar waarden die doorgaans als vrouwelijk getypeerd worden – empathie, generositeit, bescheidenheid, rechtvaardigheid, zorgzaamheid – staat daar een ding lijnrecht tegenover: hebzucht. Weinig vinden wij akeliger dan een hebzuchtige vrouw. Neem Imelda Marcos met haar schoenenkast. Dat beeld is zo sterkt dat het zelfs de misdaden van haar man overschaduwd.

De bankier mag heus wat empathischer en bescheidener worden. Maar voor een kentering moeten we elkaar in het midden treffen. Dat betekent dat de gemiddelde vrouw ook wat hebzuchtiger mag worden, althans zich wat meer druk moet gaan maken over haar geld. Nog te veel vrouwen houden zich liever afzijdig van geldzaken, vreemd genoeg juist als ze er genoeg van hebben. Goeie doelen en sociaal verkeer zijn veel gepaster voor een dame. Onderhandelen over geld is niet heel ver verwijderd van het schoonmaken van de plee: dat laat je aan anderen over. Maar pas als vrouwen zich als klant laten gelden, zal de bankier moeten luisteren.

Visie 2020

A Journey to 2022In haar rapport “Future to Work: A Journey to 2022” schetst PriceWaterhouseCoopers (PwC) een wereld in drie kleuren: blauw, groen en oranje. De Blauwe wereld wordt vertegenwoordigd door de grote multinationals van het type zoals hiervoor beschreven in de financiële wereld. Een carrière bij zo’n multinational scheidt de haves van de have-nots. Het gaat deze grote onderneming om winst, groei en marktleiderschap; schaalgrootte maakt het grote verschil. Voor de medewerkers gaat het om baanzekerheid en vaste dienstverbanden voor de langere termijn in ruil voor commitment en flexibiliteit. Groene ondernemingen ontwikkelen een krachtig sociaal geweten en een grote mate van maatschappelijke verantwoordelijkheid (‘vergroening’). Dit geweten en deze verantwoordelijkheid worden min of meer afgedwongen door de Klanten en de eigen Medewerkers. Deze ondernemingen zullen er alles doen om tegemoet te komen aan deze gerechtvaardigde wensen teneinde de concurrentieslag te overleven. Voor de medewerkers gaat het om ethische waarden en de balans tussen werk en zorg in ruil voor loyaliteit aan een organisatie die recht doet aan haar medewerkers. In de Oranje wereld is groot slecht voor zowel zaken als mensen en het milieu. Hier begint het uiteen vallen van de grote multinationale ondernemingen mede dankzij de technologie en de opkomst van de wereld omspannende netwerken. Hi-tech business modellen dragen bij aan het maximaliseren van flexibiliteit tegen minimale vaste lasten. Medewerkers worden ondernemers die genieten van maximale flexibiliteit, autonomie en een gevarieerde portefeuille van allerhande uitdagingen in ruil voor tijdelijke kortlopende contracten. Onze visie ziet Oranje vrouwen gaandeweg ‘verGroenen’ en op die wijze mede werk verschaffen aan (laagopgeleide) werkloze mannen. In de Groene wereld kunnen ook deze mannen een goed salaris verdienen, waardoor hun vertrouwen toeneemt. Dit stelt hen in staat verder te werken aan hun eigen persoonlijke ontwikkeling. Ons motto wordt dan “Hij voor Zij, Zij voor Allen”.

Het beste besluit voor jou

Los van maatschappelijke verwachtingen aan mannen en vrouwen is het aan elk van ons individueel te bepalen aan welke zijde van het hebzucht spectrum we staan: te veel of te weinig. Khan zegt er  persoonlijk goed aan te doen wat hebzuchtiger te worden, want haar prijskaartje is nog te bescheiden. Zij maakt er haar missie van om de kloof tussen vrouwen en financiering te dichten. Dat heeft niet alleen waarde voor de vrouwen in kwestie, maar des te meer voor de financiële sector. Khan werkt er aan, zonder haarzelf te verliezen in angst en korte termijn denken.

Voor anderen – voor jou? – betekent het wellicht wat minder hebzuchtig te zijn om je relatie met geld weer in balans te brengen. Heb je het geld wat je verdient wel echt nodig of houdt het je eerder tegen? Doe eens iets geks met je bonus, geef hem terug/weg of investeer hem in een start-up, kijk wat er gebeurt met jezelf en je omgeving. Misschien blijkt het wel het beste besluit dat je ooit hebt genomen. Of geef je stoel op in de raad van bestuur en ga aan je memoires werken, doe leuke dingen met je kinderen. En als je een vervanger zoekt? Zairah Khan is beschikbaar, tegen een vergoeding. Robert Vos levert de benodigde management training & coaching.

Voor training, coaching & counseling

ROVOS Management BV                                                                     VIVEinvest en Bridge the Gap
www.rovos.nl                                                                                       www.viveinvest.nl

Robert Vos in 2014                                                        Zairah Khan

Vrouwen, verhef uw STEM!

Ada Lovelace

Ada Lovelace (1815-1852) wordt de eerste computerprogrammeur genoemd.

In het kader van mijn “Hij-voor-Zij” programma zie ik graag dat vrouwen meer hun stem verheffen. Niet alleen in de politieke arena of op radio & TV of in social media, maar ook in ons regelmatige teamoverleg. Het maakt niet uit of dat onderzoeksteams zijn of project teams of management teams. Ook in Raden van Bestuur, Advies, Toezicht of van Commissarissen mogen vrouwen best gehoord worden. En de meeste doen dat natuurlijk ook. In ieder geval ú, lezeres. Maar waarom spreken de statistieken die perceptie dan zo nadrukkelijk en onweerlegbaar tegen? Overigens bedoel ik met STEM niet uw stém, maar Science, Technology, Engineering, and Mathematics. In goed Nederlands: natuurwetenschappen, technologie, ingenieur wetenschappen en wiskunde dat zich met NTIW niet lekker laat afkorten, dus: STEM. Waar zijn onze vrouwen in STEM?

Vrouwen in de Wetenschap

De website www.onderwijsincijfers.nl geeft de belangrijkste cijfermatige informatie over het onderwijs in Nederland. Deze website is een samenwerking tussen het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Onderwijs in Cijfers vermeldt dat in vrijwel alle landen van de Europese Unie in het studiejaar 2011-2012 meer vrouwen dan mannen zijn afgestudeerd in het hoger onderwijs. In de 28 landen van de EU bedraagt het percentage vrouwelijke afgestudeerde studenten gemiddeld bijna 60%. percentage-gediplomeerde-vrouwen-in-de-bètatechniek-per-studierichtingDit geldt echter niet voor de bètastudies natuurwetenschappen, wiskunde en informatica en techniek, industrie en bouwkunde, hier boven aangeduid met STEM. In Nederland volgen weinig vrouwen deze studierichtingen. Met name in de richtingen natuurwetenschappen, wiskunde en informatica loopt Nederland met een aandeel van nog geen 26% sterk achter bij de rest van Europa, waar het aandeel vrouwen in deze richtingen 40% is.

Vrouwen in ICT

Platform Betatechniek zette eerder in 2014 het aantal inschrijvingen van vrouwen aan ICT opleidingen op een rij. Eerst maar het goede nieuws: uit cijfers van DUO blijkt dat het aantal vrouwen dat begint aan een ICT opleiding op HBO- of wetenschappelijk niveau de afgelopen jaren is toegenomen. Tussen 2010 en 2013 verdubbelde het aantal vrouwen aan een HBO-opleiding informatica bijna. In die periode steeg het aantal inschrijvingen van 54 naar 105. De animo voor technische informatica-opleidingen nam iets af.

Het platform maakte een voorlopige uitsplitsing van de ontwikkeling van het aantal inschrijvingen per ICT opleiding. Daaruit blijkt dat de animo voor een opleiding Business IT en Management groeide, van dertig inschrijvingen in 2010 naar 51 inschrijvingen in 2013. Het totaalaantal inschrijvingen van meisjes aan de onderzochte ICT opleidingen op HBO-niveau is tussen 2010 en 2013 gestegen van 189 naar 294.

Op WO-niveau steeg het aantal inschrijvingen van de onderzochte opleidingen van 54 in 2010 naar 82 in 2013. Grote dalers zij er niet. Alleen het aantal inschrijvingen van meisjes voor technische informatica nam iets af. Deze opleidingen zagen in 2011 en 2012 het aantal inschrijvingen stijgen (HBO & WO), maar in 2013 weer zakken tot het niveau van 2010, naar respectievelijk zeven en zeventien inschrijvingen.

Wikipedia

Unlocking the ClubhouseIn dagblad Trouw (27 januari 2015) kon je lezen dat zelfs Wikipedia een mannenbolwerk is. Naar schatting slechts dertien procent van de bewerkers is vrouw. Meest genoemde redenen waarom vrouwen maar weinig meewerken aan de ‘encyclopedie die van iedereen is’: de cultuur op de site wordt overheerst door mannen. De masculiene overheersing van Wikipedia zou vrouwen afschrikken. De vechtcultuur en onbeschofte discussies zouden de hoofdredenen zijn dat vrouwen wegblijven. In “Unlocking the Clubhouse” vertelt onderzoeker Jane Margolis, dat vrouwen zowel online als in de echte wereld bescheidener en onzekerder zijn dan mannen en minder geneigd om publiekelijk hun mening te geven.

Ook onze Wikibooks geven aan dat jongens en meisjes een verschillende aanpak hebben als het om computers gaat. Het inzicht daarin geeft mogelijkheden om de omgeving zo in te richten dat beide seksen op hun eigen manier met de computers kunnen omgaan. Soms moeten daarbij barrières worden opgeruimd.

Vrouwen in Techniek

In het boek ‘Vrouwen in techniek’ – uitgegeven in 2010 ter gelegenheid van het 90-jarig bestaan van de Delftsche Vrouwelijke Studenten Vereeniging (DVSV) – staat geschreven dat de komende tien jaar bijna evenveel vrouwen zullen afstuderen aan de TU Delft als in de 90 jaar daarvoor. Het aantal vrouwelijke ingenieurs neemt zeer sterk toe. Deze explosieve groei doet zich vooral voor bij de faculteiten Bouwkunde en Civiele Techniek, maar ook bij Technische Bedrijfskunde en andere richtingen, zoals Geodesie. In absolute aantallen is Bouwkunde echter de meest gekozen studierichting.

De groei van het aantal vrouwelijke ingenieurs is nog niet afgelopen, blijkt uit CBS/SCP onderzoek. De komende jaren zullen er nog veel vrouwelijke afgestudeerden bijkomen. Uit het boek ‘Vrouwen in techniek’ komt naar voren dat de vrouwelijke ingenieurs slechts bij uitzondering niet in de beroepspraktijk terecht komen. Een wisseling van discipline, bijvoorbeeld van architectuur naar stedenbouw, of een aanvullende studie komen wel vaak voor. Het is echter niet zo, dat de vrouwelijke ingenieurs hun beroep vaarwel zeggen als zij trouwen of kinderen krijgen. Wel gebeurt het vaak, dat zij tijdelijk minder werken. Als de kinderen wat ouder zijn, zetten de vrouwelijke ingenieurs hun carrière over het algemeen voort.

Vrouwen in Wiskunde

Vrouwen halen mannen in bij de exacte opleidingen. In een mannenvak als de lerarenopleiding wiskunde bijvoorbeeld, halen meisjes vaker en sneller hun diploma. Er beginnen nog steeds meer mannen aan de opleiding, maar als het gaat om het aantal uitgereikte diploma’s zijn de vrouwen de laatste paar jaar net in de meerderheid. Bij wiskunde bestaan in het voortgezet onderwijs de grootste lerarentekorten.

Na vijf jaar heeft gemiddeld genomen de helft van de vrouwelijke studenten het HBO-lerarendiploma wiskunde. Bij de mannen ligt dat onder de 40 procent, blijkt uit cijfers van de Vereniging Hogescholen. De meest recente cijfers, van de lichting studenten uit 2007, zijn nog slechter. Van hen had in 2012 – na vijf jaar studie – slechts 28,3 procent van de mannen een diploma behaald, tegen 55,5 procent van de vrouwen.

Meer eigen inzet

Dat jongens ook bij technische vakken minder goed scoren dan meisjes kan komen doordat ze in het voortgezet onderwijs zonder veel inzet hoge cijfers hebben gehaald voor de bètavakken, zegt Gerda Geerdink, associate lector seksediversiteit in het onderwijs aan de HAN. “Op het HBO worden opeens andere dingen van ze gevraagd: eigen inzet, bijvoorbeeld.” Eenmaal achterop geraakt is het voor hen lastiger om goede studieresultaten te halen, want het studieprogramma bouwt de stof op elkaar voort. Van alle HBO’ers heeft iets minder dan de helft van de mannen na vijf jaar zijn vier jaar durende HBO opleiding afgerond. Van de vrouwen is dat ruim zes op de tien.

Tijd voor blinde auditie?

Onze grote orkesten bestonden in de jaren zeventig vooral uit mannelijke musici. De oplossing hiervoor was om blinde audities te houden. Daardoor kwam het aantal mannen en vrouwen in balans. Misschien is een blinde sollicitatie voor een technische en wetenschappelijke positie praktisch niet uitvoerbaar, maar het gaat mij er om dat wij – mannen én vrouwen – ons bewust worden van vooroordelen die mee kunnen spelen bij benoemingen.

Vrouwen, verhef jullie STEM!

Waar zijn onze vrouwen?

In Nederland kunnen wij het diversiteitsvraagstuk ogenschijnlijk rustig met elkaar bespreken vanuit onze comfortabele armleunstoelen. Jet Bussemaker gaf al eens eerder aan – en werd daar meteen fel op aangevallen – dat onze vrouwen zich in een zeer behaaglijke comfort zone bevinden. Natuurlijk is de werkelijkheid altijd weerbarstiger dan een enkele one-liner. UN Status on WomenMaar buiten Nederland – of misschien moet ik zeggen buiten de westerse wereld – is de situatie voor vrouwen vaak heel anders. En zelfs verwarrend. Terwijl enerzijds de internationale arbeidsorganisatie  (ILO) meldt dat vrouwen in zaken en management het heel erg goed doen in landen als Jamaica, Colombia, Santa Lucia, de Filipijnen en Panama, scoren anderzijds veel niet-westerse landen in conflictgebieden hoog met betrekking tot (seksueel) geweld tegen vrouwen. Door vrouwen te betrekken bij vredesonderhandelingen en bij het oplossen van conflicten verloopt de implementatie van vredesinitiatieven en de wederopbouw sneller, voorspoediger en duurzamer. Met testosteron alleen gaan we het niet redden. Waar zijn onze vrouwen?

Het aantal vrouwen dat wereldwijd deelneemt aan vredesonderhandelingen is verbazingwekkend laag. Een studie uit 2008, die 33 vredesonderhandelingen onderzocht, trof slechts 11 vrouwen aan onder de in totaal 280 onderhandelaars – dat is slechts vier procent (4%). Terwijl zij – vrouwen en kinderen – vaak de eerste en in aantal veruit grootste groep slachtoffers zijn van conflicten. Een door de Verenigde Naties uitgevoerde studie onder 31 belangrijke vredesprocessen tussen 1992 en 2011 toonde aan dat slecht 4% van de ondertekenaars, 2,4% van de hoofd mediators, 3,7% van de getuigen en 9% van de onderhandelaars vrouwen zijn. Een mooie uitzondering vormden de vredesakkoorden voor de Filipijnen in Oslo in 2011 met ruim 30% vrouwelijke ondertekenaars en onderhandelaars. Ook Kenia scoorde in 2008 met 33% vrouwelijke mediators en 25% vrouwelijke onderhandelaars relatief hoog.

Nu bijna 15 jaar geleden Resolutie 1325 over vrouwen, vrede en veiligheid unaniem werd aangenomen in de VN Veiligheidsraad, toont de verbazingwekkende afwezigheid van vrouwen aan de formele vredesonderhandelingstafel een gapend gat aan tussen enerzijds de ambities van talloze wereldwijde en regionale verplichtingen en anderzijds de werkelijkheid van de vredesprocessen. Aan de vredestafel, waar cruciale besluiten worden genomen over de wederopbouw en het nieuwe bestuur, zijn vrouwen opvallend ondervertegenwoordigd.

Northern Ireland Womens WorkDat ruime deelname van vrouwen aan vredesprocessen voor alle partijen zeer goed uitpakt, blijkt bijvoorbeeld duidelijk uit de vredesbesprekingen in El Salvador en in Zuid-Afrika in de negentiger jaren van de vorige eeuw. Daarbij gaf Nelson Mandela het goede voorbeeld van wat “Hij-voor-Zij” kan betekenen. De Northern Ireland Women’s Coalition bouwde met succes bruggen tussen katholieken en protestanten en bevorderde verzoening met en re-integratie van politieke gevangenen. Het vredesakkoord in 1996 in Guatemala zou zonder de inbreng van vrouwen niet tot stand zijn gekomen.

Naar de mate waarin wij de kennis, de ervaring, de expertise en “de andere kijk op de wereld” van vrouwen weten te mobiliseren, zal onze wereld beter, duurzamer, innovatiever en veiliger worden: kortom beter. Daartoe moeten mannen meer vrouwen toelaten tot de bestuurskamers van nationale en internationale ondernemingen, tot de politiek in al haar uitingsvormen (trias politica) en tot onze wetenschappelijke instellingen. En vrouwen moeten die geboden ruimte ook daadwerkelijk innemen. Als de wereld grosso modo uit 50% vrouwen en 50% mannen bestaat, dan ligt het voor de hand om in alle managementlagen, inclusief raden van bestuur en raden van commissarissen een balans te vinden tussen goed gekwalificeerde mannen en vrouwen. Voor ondernemingen bestaat de ‘business case’ langer. In de politiek dragen vrouwen bij aan een evenwichtiger implementatie van de waarden uit de Verlichting (vrijheid, gelijkheid en broeder- en zusterschap) en in de wetenschap dragen vrouwen bij aan creativiteit, inventiviteit, innovatiekracht en duurzaamheid.

Nederlandse vlagTerug naar Nederland: onze vrouwen zijn voor 6% vertegenwoordigd in Raden van Bestuur en voor 19% in Raden van Commissarissen (zie Female Board Index 2014). In onze Tweede Kamer daalde het aantal vrouwen naar 56 leden (van de 150) en in onze Eerste Kamer bleef het aantal vrouwen redelijk stabiel (27 van de 75 leden). Het huidige kabinet Rutte II telt vijf vrouwen onder 13 ministers: “het meest vrouwelijke kabinet ooit”. Maar de rechterlijke macht spant de kroon met een aandeel vrouwelijke rechters van 53,4 procent. Binnen Europa blijkt Nederland dan overigens op de 18e plaats te staan. Onder meer in Frankrijk en Polen is het aandeel vrouwelijke rechters groter. And last but not least – het aantal vrouwelijke hoogleraren is in Nederland niet indrukwekkend hoog: 16,3% terwijl op dit moment veel meer vrouwen afstuderen dan mannen.

Kortom: waar zijn onze vrouwen?