Genderbalans door (R)evolutie?

GroeiWaar zou het in ons leven eigenlijk om moeten draaien? Steeds meer werken of steeds meer genieten van het goede leven? Mogen onze kinderen het beter hebben dan wij? En mogen hun kinderen het beter hebben dan de onze? Mensen leven het liefst in een zekere mate van welvaart. Om meer monden te voeden – de wereldbevolking groeit nog steeds – en om aan meer behoeften te voldoen is economische groei onontbeerlijk. Om voldoende mensen werk te kunnen bieden is economische groei noodzakelijk. Besef dat economische groei een middel is om het doel ‘genieten van het goede leven’ mogelijk te maken – het is geen doel op zich. Bij dat besef hoort dat economische groei niet langer is bedoeld voor het vergaren van meer materiële en geldelijke welvaart. Ook binnen onze ondernemingen moet de leiding en het management meer oog krijgen voor innovatie, teamwork, creativiteit en samenwerking.  

In een onlangs verschenen interview met de Amerikaanse econoom Robert Gordon stelde hij vast dat wij niet in een technologische revolutie zitten en dat wij juist een gebrek hebben aan grote vernieuwingen. Sterker nog, we zitten juist in een periode van stagnatie, de economie groeit al tien jaar nauwelijks en het gebrek aan grote uitvindingen zorgt ervoor dat dat nog decennia zo zal blijven.

In zijn boek The Rise and Fall of American Growth somt Gordon een indrukwekkende hoeveelheid data op over de enorme sprongen in welvaart tussen 1870 en 1970. In wat hij de speciale eeuw noemt, ging vernieuwing pas snel, veel sneller dan nu. In die eeuw plukten mensen de vruchten van de uitvinding en toepassing van elektriciteit, hygiëne in de gezondheidszorg, de telefoon, nieuwe landbouwtechnieken, vervoersmiddelen. In de tweede helft van die speciale eeuw, tussen 1920 en 1970, groeide de Amerikaanse economie gemeten naar productiviteit per persoon met gemiddeld 2,8 procent per jaar. Na 1970 is dat niveau nooit meer bereikt over langere periodes. Sterker: de laatste jaren groeide de Amerikaanse economie met gemiddeld slechts 0,6 procent per jaar.

In het genoemde NRC-interview vervolgt Gordon: „Veel grootse uitvindingen kunnen nou eenmaal maar één keer gedaan worden. Tussen 1870 en 1958 gingen we van de snelheid van het paard naar de snelheid van een jumbojet. Sindsdien is er weinig veranderd, sterker: de huidige verkeersvliegtuigen gaan zelfs iets langzamer dan die van toen.” Veel van Gordon’s critici wijzen erop dat juist de laatste paar jaren de ontwikkelingen in computers, kunstmatige intelligentie, internet of things, genetica, de cloud en 3D-printen in een versnelling zijn geraakt, onder meer aangejaagd door de Wet van Moore. Die wet beschrijft de verdubbeling van de capaciteit van computerchips elke twee jaar. Deze voorspelling werd in 1965 gedaan door Gordon Moore, een van de oprichters van chipfabrikant Intel. Ruim 50 jaar later lijkt het niet zo vreemd om te stellen dat de vaart er bij deze versnelling behoorlijk uit is en dat daarmee ook de grote vernieuwingen op raken.

Gordon in NRC: „Technologie-optimisten letten niet op wat er gebeurt in de echte economie: de laatste jaren is de groei nog veel trager geweest dan wat ik voorspel voor de komende tijd. De rol van kunstmatige intelligentie en robots in ons dagelijks leven is nog heel klein. Vergeet niet dat we al decennia robots gebruiken in fabrieken. Dat heeft wel gezorgd voor enige groei in productiviteit, maar niets spectaculairs. En computers hebben het kantoor tussen 1970 en 2005 behoorlijk veranderd, maar een kantoor ziet er nu nog bijna precies hetzelfde uit als in 2005. Er is weinig reden om aan te nemen dat dat ineens verandert.”

De mensen die de Wet van Moore aanhalen om te bewijzen dat vernieuwing juist nu enorm versnelt, lopen volgens Gordon achter de feiten aan. „De Wet van Moore is dood.” Hij wijst op het omslagartikel van weekblad The Economist van begin maart 2016, waarin wordt geconcludeerd dat de Wet van Moore op zijn einde loopt door de technologische obstakels om computerchips in hetzelfde tempo te verbeteren als de laatste decennia. De oorzaak daarvan is dat de steeds verder doorgevoerde miniaturisatie niet langer alleen afhankelijk is van technologische vooruitgang, maar ook gehinderd wordt door fundamentele fysische barrières. Een stijgend aantal wetenschappers en technologiebedrijven onderschrijft dat.

In zijn boek voorspelt Gordon dat de lage groei en het gebrek aan grote vernieuwingen zeker nog de komende 25 jaar duren. Volgens hem zorgen onder meer stijgende inkomensongelijkheid en de vergrijzing in ontwikkelde economieën ervoor dat vooruitzichten eerder verslechteren dan verbeteren. In NRC: „Ik denk dat snelle groei voorbij is, ook omdat de algemene productiviteit wel groeit, maar het gemiddelde individu daar steeds minder van terugziet. Ongeveer de helft van de economische groei gaat de laatste decennia naar die ene procent met de hoogste inkomens. De overige 99 procent van de bevolking moet het dus doen met de andere helft.” Gordon komt dan tot de conclusie dat de huidige ontwikkeling (sedert 1970) niet langer revolutionair, maar eerder evolutionair is.

Laten wij aan bovenstaande eens de opvattingen van Nobelprijswinnaar Paul Krugman, de Japanse econoom Richard Koo en de Franse econoom Thomas Piketty toevoegen.

Sedert de financiële crisis (2008) laat Paul Krugman vaak van zich horen. Hij is een van de mensen die pleit voor een herwaardering van economen die de Grote Depressie uit de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw bestudeerden, met name John Maynard Keynes. De Grote Depressie lijkt in veel opzichten op de huidige crisis. Ook toen reageerden overheden met strenge bezuinigingen die de crisis juist verdiepte. Volgens Krugman is op dit moment het belangrijkste probleem dat het geld in onze economie niet stroomt. Mensen houden de hand op de knip, waardoor de economie verslechtert en schuldenproblemen, paradoxaal genoeg, verergeren. Meer investeringen in duurzame projecten (zoals onderwijs, werkgelegenheid, publieke werken) door de overheid kan ons juist uit de crisis halen. Ook in mijn blog heb ik meermalen aandacht besteed aan de gewenste herontdekking van Keynesiaanse economie. Maar ook onze overheid blijft stug vasthouden aan een verstikkende bezuinigingspolitiek.

In februari 2016 zochten de beurzen naarstig naar een coherente oorzaak voor de toen optredende paniek. De Japanse econoom Richard Koo stelde in een NRC-interview dat wat er toen gebeurde het gevolg was van een totaal verkeerde diagnose van de Lehman-recessie en het misplaatste beleid van de centrale banken. Koo licht dat toe aan de hand van een helder voorbeeld: „Als ik 1.000 verdien, 900 uitgeef en daarvan 100 spaar, dan worden die door mij uitgegeven 900 het inkomen van iemand anders. Als mijn gespaarde 100 worden uitgeleend, dan worden die eveneens uitgegeven, en vormen uiteindelijk ook het inkomen van iemand anders. Er is dan dus een totaal inkomen van 1.000. Maar als die 100 niet wordt uitgeleend, dan zakt het totale inkomen naar 900. En de volgende keer naar 810, enzovoort. Dat is wat er tijdens de Grote Depressie gebeurde. De VS verloren tussen 1929 en 1933 46 procent van het bruto binnenlands product. Dat is wat nu in Spanje is gebeurd, en in veel andere landen in de eurozone.”

Evenals Krugman komt Koo tot de verzuchting: „De enige entiteit die in staat is om te lenen is de publieke sector: de overheid. Die vormt de enige uitweg uit een balansrecessie.”

In 2013 verscheen “Le Capital au XXIe siècle” van de Franse econoom Thomas Piketty. In dit boek slaat de econoom alarm over de groeiende ongelijkheid tussen mensen met vermogen, dat vanzelf groeit, en zij die alleen over inkomen uit arbeid beschikken. Het is direct een bestseller. Krugman herkent onmiddellijk een boek dat de manier verandert waarop wij denken over de samenleving en waarop we economie bedrijven. In de Verenigde Staten schrokken vooral de rijken. Zij konden aanvallen op hun aangename positie altijd succesvol pareren door terug te vallen op de stelling dat wie kapitaal heeft, investeert en dat creëert weer banen en daar wordt de hele economie beter van. Maar dat is nu precies waar het de laatste acht jaar aan heeft ontbroken. Ook stellen de rijken dat rijkdom toch ook verdiend kan zijn – maar ja, wat zeg je in reactie op Piketty’s stelling dat rijken vooral rijk zijn doordat ze nou eenmaal fortuinlijk geboren zijn? Hoe ‘verdiend’ is dat?

Vrijheid, gelijkheid en broederschap zijn prachtige universele waarden die wij kennen sedert de Franse Revolutie, ruim 225 jaar geleden. Liberalen omarmden eigenlijk uitsluitend vrijheid en sociaaldemocraten liepen achter de leuze gelijkheid. Broederschap (en voor de goede orde: ook zusterschap) viel een beetje tussen wal en sloot, soms oprispend in residuele vormen van solidariteit en tolerantie. Daarmee doen wij enorm tekort aan de geweldige harmonie tussen deze drie universele waarden.

Hiervoor refereerde ik aan de werken van drie, vier grote economen: Keynes, Gordon, Krugman en Piketty. Het gaat hier beslist om knappe koppen. Een interessante observatie lijkt mij dat het toevallig (?) allemaal mannen zijn. We zouden met gemak aan dit lijstje de namen van Adam Smith, Friedrich von Hayek of Milton Friedman kunnen toevoegen. Wederom mannen. Inderdaad zijn er weinig opinies, economische theorieën en modellen bekend van vrouwen. Hoe zouden zij hierover denken?

TeamworkExperimenten aan Harvard Business School en aan de Hogeschool van Amsterdam laten zien dat innovatie, teamwork, creativiteit en samenwerking significant toenemen bij het toelaten van vrouwen. En juist deze elementen maken economische groei mogelijk waarbij niet langer het materieel en geldelijk gewin voorop staat, maar het streven naar het goede leven. In de ideale gender gebalanceerde wereld zouden de drie universele waarden vrijheid, gelijkheid en broeder-/zusterschap wel eens in harmonie samen kunnen komen.

Wellicht is een revolutionair quotum noodzakelijk om deze evolutionaire ontwikkeling een duw in de goede richting te geven. Of ondernemers kunnen kiezen voor het “Hij-voor-Zij” programma van ROVOS Management, dat langs geleidelijke weg – maar wel snel en zonder dalen – meer vrouwen op leidinggevende posities garandeert. Op welke revolutie wacht u nog?

Het Goede Leven

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.